Persoonsgerichte zorg in complexe situaties

Zorg en begeleiding wordt steeds complexer, waardoor bestaande protocollen en (zorg)systemen steeds vaker minder goed aansluiten bij de wensen en behoeften van een persoon, familie of gemeenschap. Tegelijk willen juist zij actief deelnemen aan  en betrokken worden bij de zorg en begeleiding die zij nodig hebben. Maar hoe kom jij er als professional nu achter wat er echt speelt, wat er toe doet bij een cliënt en diens familie? En hoe kan jij dan die zorg en ondersteuning zo organiseren zodat ze zelf beslissingen kunnen nemen en een actieve rol kunnen spelen? En dit alles, terwijl jij als professional meerdere cliënten tegelijk onder je hoede hebt en maar beperkt tijd hebt. Als verpleegkundige moet je dan persoonsgericht kunnen handelen, leiderschap kunnen tonen en kunnen innoveren.

• De student is in staat om op basis van klinisch redeneren de behoefte aan verpleegkundige zorg [zoals omschreven in de aangeboden casuïstiek] te omschrijven op lichamelijk, psychisch, functioneel en sociaal gebied, en indiceert deze zorg in midden-complexe situaties, volgens het verpleegkundig proces, op basis van evidence based practice.
• De student kan beschrijven hoe het zelfmanagement van mensen [zoals beschreven in de aangeboden casuïstiek in hun sociale context versterkt kan worden. In deze beschrijving richt ze zich daarbij op gezamenlijke besluitvorming met de zorgvrager en diens naasten en laat zien rekening te houden met de diversiteit in persoonlijke eigenschappen, etnische, culturele en levensbeschouwelijke achtergronden en ideologische overtuigingen.
• De student kan verpleegtechnische (voorbehouden) handelingen uitvoeren  op basis van zelfstandige bevoegdheid of functionele zelfstandigheid zoals beschreven in de wet BIG, voor zover van toepassing op de aangeboden casuïstiek
• De student kan laten zien te communiceren op persoonsgerichte en professionele wijze met de zorgvrager en diens informele netwerk, zodat voor optimale informatie-uitwisseling wordt gezorgd.
• De student is in staat te omschrijven hoe zij samen  met andere beroepsbeoefenaren of instanties (zowel binnen als buiten de eigen organisatie)  een bijdrage levert aan de zorg.
• De student kan verwoorden hoe, vanuit een continu aanwezig onderzoekend vermogen,  zij reflecteert, evidence based practice (ebp) integreert en streeft naar  innovatie van de beroepspraktijk.
• De student kan in de uitwerking van de casuïstiek laten zien hoe zij werkt  aan de bevordering en ontwikkeling van de beroepsgroep, haar eigen deskundigheid en die van haar directe (toekomstige) collega’s door actief (verschillende vormen van) kennis te zoeken en te delen. 
• De student kan laten zien te kunnen reflecteren  op haar eigen handelen in de samenwerking met de zorgvrager en andere zorgverleners en betrekt in de uitwerking van de casuïstiek inhoudelijke, procesmatige en moreel-ethische aspecten van haar keuzes en beslissingen.
• De student kan benoemen hoe zij de gezondheid van de zorgvrager of groepen zorgvragers bevordert door het [schriftelijk; in de uitwerking van de casuïstiek] organiseren en toepassen van passende vormen van preventie die zich ook richten op het bevorderen van het zelfmanagement en het gebruik van eigen netwerk van de zorgvrager.
• De student kan verwoorden hoe leiderschap in het verpleegkundig handelen getoond kan worden.
• De student kan in de uitwerking van de casuïstiek laten zien  hoe zij de zorg  plant en coördineert rondom de zorgvrager/groep zorgvragers.
• De student kan omschrijven hoe zij de verantwoordelijkheid t.a.v. veiligheid van zorgvragers en medewerkers binnen een organisatie neemt
• De student kan omschrijven hoe zij een  bijdrage aan de beeldvorming en de ontwikkeling van de verpleegkunde vanuit een historisch, institutioneel en maatschappelijk perspectief.

De student dient de propedeuse voltooid te hebben van de opleiding Verpleegkunde

De minor kent per week ongeveer 7 contacturen. Daarnaast worden er [bijna] tweewekelijks excursies georganiseerd

Aan het einde van periode 1 en aan het einde van periode 2 wordt een schriftelijke toets aangeboden. De toets bestaat uit een serie open vragen