Jeugd & Media

Media spelen een steeds grotere rol in het leven van kinderen, opvoeders en begeleiders. Dat merk je misschien ook in jouw stage, werk en omgeving. Wil je meer weten over hoe je jongeren kunt begeleiden op het gebied van mediagebruik? Waar liggen kansen om media op een goede manier in te zetten? Wat zijn de risico’s? Wat is een juiste balans? Het pedagogische werkveld heeft jouw kennis en kritische blik op media nodig!

 

Wat ga je doen?

In de minor ga je praktische oplossingen bedenken voor vraagstukken over media die spelen bij gezinnen en organisaties. Je maakt bijvoorbeeld een bordspel voor een gezin met een vraag over gamende pubers, of je maakt een interactieve video serie over cyberpesten voor een middelbare school. Uiteraard onderzoek je daarvoor eerst de situatie in het gezin of in de organisatie en baseer je je product op de (wetenschappelijke) kennis. Je test en verbetert het product en zorgt dat het ook echt gebruikt gaat worden.

Daarnaast loop je bij een organisatie mee als ‘mediacoach’. Je dompelt je onder in de organisatie en zorgt dat je een beeld krijg van hoe iedereen over ‘jeugd en media’ denkt. Welke problemen spelen er? Hoe krijg je collega’s geïnteresseerd in dit onderwerp? Vervolgens bedenk je ook hier oplossingen voor de vraagstukken die je tegenkomt in die organisatie.

Tot slot neemt ook je eigen mediagedrag onder de loep. Hoe voelt het om veel te gamen? Of om geen toegang te hebben tot een smartphone? Je gebruikt deze ervaringen om je een visie te vormen over wat jij belangrijk vindt in mediaopvoeding.

Waarom?

Media zijn niet meer weg te denken uit onze maatschappij. De vraag naar mediapedagogen neemt steeds meer toe. De snelle opkomst van het internet en de vele mogelijkheden spelen een belangrijke rol in het leven van kinderen. In de leefomgeving van kinderen zijn deze media overal aanwezig. TikTok, Snapchat, YouTube, Instagram of BeReal: ze groeien ermee op. Voor veel ouders en opvoeders roept dit vragen op. De invloed van deze media op de ontwikkeling van kinderen staat telkens ter discussie. Hoe moeten ouders en professionals hier mee omgaan? Hoe ondersteunen ze hun kinderen in deze mediarijke wereld? Op welke manieren kun je media zo inzetten dat ze een positieve invloed hebben op de ontwikkeling van kinderen? Door enerzijds je kennis te vergroten van mediawijsheid en mediaopvoeding en anderzijds je vaardigheden te oefenen in de praktijk, specialiseer jij je op het snijvlak van kinderen en media.

Deze minor gaat aan de ene kant over mediaopvoeding. Aan de andere kant gaat het ook om opvoedondersteuning. De opvoedondersteuning gaat over het gedrag van opvoeders dat gericht is op de wijze waarop hun kinderen media gebruiken, met welke frequentie ze dit doen en welke inhoud van de media door kinderen gebruikt wordt. Je leert hoe je opvoeders kunt ondersteunen zodat ze begrijpen hoe media werkt en hoe het hun kind beïnvloedt.

Deze minor bestaat uit twee leeruitkomsten van 15 ECTS:

1 Mediaopvoedingsondersteuning (15 ECTS) (= Eenheid van examinering (EVE) 1)

Je handelt methodisch op media gerelateerde vragen. Je signaleert de pedagogische behoefte van de doelgroep in hun sociale context. Vanuit een multidisciplinaire benadering duid je kansen en risico's van het mediagebruik van de doelgroep. Je stemt af en met de doelgroep en start op proactieve wijze de methodische cyclus. Je analyseert vragen over media(wijsheid/-opvoeding), gebaseerd op theoretische kennis over de doelgroep en ervaringen uit de beroepspraktijk. In samenspraak met de doelgroep kom je tot conclusies. Op basis hiervan ontwerp je een product en/of activiteit(en) voor de doelgroep en je evalueert de waarde van dit product. Keuzes onderbouw je vanuit een theoretisch gefundeerde eigen visie op mediaopvoeding. Daarvoor reflecteer je kritisch op je eigen mediagebruik en opvattingen over mediaopvoeding. Theoretische kennis over media zet je in bij het onderzoeken van je eigen referentiekader ten aanzien van actuele thema's rondom media.  

 

2 Het mediawijze voorstel (15 ECTS) (= Eenheid van examinering 2)

Je onderzoekt een media-gerelateerd vraagstuk bij een praktijkorganisatie en ontwerpt een passend voorstel om mediawijsheid te bevorderen. Je signaleert en analyseert kansen en uitdagingen bij het vraagstuk. Je deelt je expertise met belanghebbenden met als doel een gezamenlijke visie op mediawijsheid binnen de organisatie te vormen. In de samenwerking stem je af, sluit je aan bij de motivatie van mensen en hanteer je mogelijke weerstand. Je baseert het voorstel op actuele wetenschappelijke kennis, relevante modellen/ theorieën en op wet- en regelgeving over mediaopvoeding en mediawijsheid en de conclusies van het onderzoek. Je beschrijft hoe de organisatie het voorstel kan uitvoeren en de uitvoering zal evalueren. 

Je hebt 120 ECTS afgerond en bij voorkeur stage en/of werk ervaring in het jeugd werkveld. Ben je nog (net) niet zo ver? Of kom je vanuit een hele andere studierichting? Ben je deeltijdstudent? Ook dan is het wellicht mogelijk de minor te volgen. Neem dan eerst contact op met de minorcoördinator.

Deze minor gaat uit van een voltijd programma (30 ECTS) waarbij je 2 dagen on campus wordt ingeroosterd (maandag en dinsdag). Daarnaast loop je minimaal 1 dag in de week stage als mediacoach.  

EVE 1

In een leerteam van 3 of 4 studenten lever je wekelijks opdrachten in. Deze opdrachten bij elkaar vormen de eindbeoordeling (voldaan/onvoldaan). Je ontwikkelt bijvoorbeeld een ouderavond over mediawijsheid of je bekijkt welke media geschikt is voor welke leeftijd of je gaat in gesprek met kinderen of jongeren en hun ouders over mediagebruik. Daarbij reflecteer je ook steeds op je eigen mediagedrag en vormt uiteindelijk een visie op mediaopvoeding.

 

EVE 2

Je draait minimaal 1 dag in de week mee bij de organisatie in het jeugdveld als mediacoach gedurende het semester. Je onderzoekt binnen de organisatie een jeugd-en-media-gerelateerd vraagstuk en ontwerpt hiervoor een voorstel/product/advies. Het voorstel dient ter verbetering van een situatie of voorziet in een behoefte.  Het is een individuele opdracht. 

Je kiest je eigen toetsvorm; dus je bent vrij in wat je oplevert (bijvoorbeeld een verslag, een factsheet, een webinar, een adviesrapport, een podcast etc.).

De volgende voorbeelden zijn bedoeld voor beeldvorming:  

• Een instelling voor mensen met LVB-problematiek wil een spel om met de doelgroep de gevaren van social media bespreekbaar te maken. 
• Een middelbare school wil een lessenserie over het al dan niet gebruik van smartphones in de klas.
• Een kinderopvang wil meer weten over de invloed van media op jonge kinderen en hoe zij als kinderopvang media het beste kunnen gebruiken.
• Een jeugdzorginstelling wil bekijken hoe zij om moeten gaan met mediagebruik door jongeren.
• Een basisschool wil handvatten rondom het gebruik van bronnen door leerlingen van groep 7/8.