Kies op maat

Inloggen Menu

Christelijke identiteit in je beroep als leerkracht

De wereld verandert! Dat zet aan het denken over de rol van de leerkracht in het basisonderwijs. Voor welke wereld leiden we kinderen op? 

Nederland verandert! De maatschappij is anders dan enkele jaren geleden. Wat hetzelfde blijft is de basis van het christelijk geloof.

De bedoeling van deze minor is niet om antwoorden te geven op grote en langzame vragen. De bedoeling is wel dat jij als professional in het (christelijk) onderwijs toegerust wordt om via de weg van christelijke filosofie, ethiek en de opbrengsten van 2000 jaar geschiedenis van de kerk na te denken over je eigen positie als christen.

Leerdoelen

Met de minor “Christelijke Identiteit in je beroep” wil de Educatieve Academie van Hogeschool Viaa studenten toerusten voor hun taak in het christelijk onderwijsveld en om als christen professioneel werkzaam te zijn in het onderwijs.

Ons identiteitsdocument is richtinggevend voor dit profiel.

De plaats van de christen in het onderwijs en de christelijke leerkracht is een heel bijzondere. Mag je ervan uitgaan dat een christen de “extra” dimensie van het onderwijs als taak of roeping ziet?

Dat vraagt van de christenprofessional bijzondere kwaliteiten, die liggen op het gebied van “hoofd, hart en handen”. Anders gezegd: de christen in het onderwijs beperkt zich niet tot een moment van Levensbeschouwelijke Ontwikkeling, maar ziet zich geplaatst in die belangrijke opdracht van God om de mensen (kinderen/leerlingen) in aanraking te brengen met de goede boodschap van Jezus Christus. Dat willen we niet incidenteel doen, maar juist structureel vormgeven in het christelijk onderwijs. De christelijke leerkracht zal ook in zijn identiteit identificatiefiguur zijn. Juist ook in de persoon van de leerkracht zal de verbinding met God en geloof zichtbaar moeten zijn.

In deze minor vindt verdieping plaats op de persoon en de taak van de leraar in het christelijk onderwijs vanuit de deelgebieden ethiek, filosofie en geschiedenis van het christendom. Daarnaast ontwerpt de student een vertelpracticum waarin verschillende vormen van het vertellen een plek krijgen en geeft hij door het schrijven van een essay inzicht in zijn visie op christelijk onderwijs. 

Leeruitkomst

In deze minor vindt verdieping plaats op de persoon en de taak van de leraar in het christelijk onderwijs vanuit de deelgebieden ethiek, filosofie en geschiedenis van het christendom. Daarnaast ontwerpt de student een vertelpracticum waarin verschillende vormen van het vertellen een plek krijgen en geeft hij door het schrijven van een essay inzicht in zijn visie op christelijk onderwijs.

De student kan zich als christenprofessional verantwoorden voor zijn keuzes vanuit de aangeboden theorie. De student verdiept zijn kennis op het gebied van ethiek, filosofie en Geschiedenis van het Christendom.

De student verkent verschillende manieren van vertellen, verdiept zijn vertelvaardigheid en is in staat het geleerde over te dragen aan zijn/haar collega's.

Rooster

De lesdagen zijn op donderdag en vrijdag. 

Toetsing

Toetsing:

Studenten werken aan een dossier met de volgende componenten:

Kennis/inzicht voor de volgende vakken:

  1. Ethiek
  2. Filosofie van de christelijke levensbeschouwing
  3. Geschiedenis van het christendom
  4. Vertelpracticum
  5. Essay