Kies op maat

Inloggen Menu

Offshore & Constructions

Deze minortrack is onderdeel binnen het thema “Rotterdamse Energietransitie”. Een samenwerking tussen 3 minoren: Offshore & Constructies, Energie & Procestechnologie en Maritiem & Scheepsbouwkunde. Offshore & Constructies houdt zich bezig met het analyseren en oplossen van innovatieve, uitdagende onderzoek- en ontwerpvraagstukken op het gebied van constructies, hijs- en hefwerktuigen, systemen en aandrijvingen in de offshore en constructie sector, die met name geconcentreerd is in de Rotterdamse regio.
De gehele levenscyclus van een constructie moet in beschouwing worden genomen bij het tot stand komen van het eindontwerp. Als constructeur/ontwerper moet je daarom met veel aspecten rekening houden tijdens het doorlopen van het ontwerpproces.

Figuur 1 - Life cycle of an offshore construction project 

 

Je werkt tijdens een praktijkopdracht aan realistische, actuele, vraagstukken, welke ingebracht worden door opdrachtgevers uit het bedrijfsleven zoals een: Huisman, Allseas, Damen. Je werkt in een multidisciplinair team van studenten, (onderzoeks-)docenten en bedrijfsbegeleiders. Naast onderzoek en ontwerp, ben je ook bezig met het managen van het project en de communicatie met de opdrachtgever.

 

Naast het werken aan het project wordt in een combinatie van hoor- en werkcolleges de benodigde praktijktheorie behandeld. Het ontwerpproces van offshore constructies, zoals: windmolenparken en offshore kranen, wordt behandeld en vanuit diverse hoeken benaderd. Van het opstellen van eisen aan de hand van omgevingsomstandigheden en constructieve specificaties tot het berekenen van alle details, om uiteindelijk te komen tot diverse beroepsproducten (ontwerprapport, rekensheets, 3D model, 2D tekenpakket, EEM analyse).

 

De colleges worden ondersteund met gastcolleges, excursies, studiereis en een offshore symposia. Tijdens deze activiteiten geven specialisten uit de beroepspraktijk een helder beeld van de nieuwste technologische ontwikkelingen met name rondom het thema energietransitie. Ook laten zij aan de hand van actuele praktijktoepassingen zien hoe theorie en praktijk samengaan.

 

 

Leerdoelen

De specifieke beroepscompetenties worden helder omschreven in de vorm van leerdoelen.

- afhankelijk van semester van aanbod: hoe wordt het hbo-niveau gerealiseerd?

(Maak daarbij gebruik van Dublin descriptoren of vergelijkbare (beroeps)indicatoren) en/of taxonomie)

(Minor+: de competenties Innoverend Handelen sturen op het ontwikkelen van het professioneel handelen van de student)

Kernmodule: Design of Offshore Equipment (6EC)
1. Toepassing: Kan basisgeometrie ontwerpen en een kinematisch model opstellen.

2. Toepassing: Kan constructieve details in 3D CAD en technische tekeningen ontwerpen en vastleggen.

3. Analyse: Kan een ontwerp iteratief aanpassen tot het aan de eisen voldoet.

4. Analyse: Kan sterkteberekeningen van complexe constructies uitvoeren, zowel handmatig als met

EEM.

5. Toepassing: Kan gestandaardiseerde rekencodes toepassen bij ontwerp en controle.

6. Synthese: Kan berekeningen duidelijk documenteren met tekst, formules, grafieken en illustraties.

7. Evaluatie: Kan werk met technische argumenten onderbouwen en verdedigen.

Keuzemodule 1: Offshore Windfarm Design (3EC)
1. Toepassing: Kan relevante omgevingsparameters voor locaties uit literatuur selecteren en omzetten in ontwerpvariabelen.

2. Analyse: Kan ontwerpkeuzes maken op basis van omgevingsparameters en deze koppelen

aan literatuur.

3. Kennis: Kan alle belangrijke onderdelen van een windturbine, ondersteuningsstructuur

en windpark benoemen.

4. Toepassing: Kan een voorlopig ontwerp voor een windturbinesysteem maken op basis

van vuistregels uit literatuur.

5. Analyse: Kan de jaarlijkse energieopbrengst van een windturbine en windpark schatten

met de vermogenscurve, omgevingsparameters en Weibull-statistieken.

6. Toepassing: Kan een basis quasi-statische belastingbeoordeling uitvoeren voor een

windturbinetoren, monopile en jacket met behulp van wind- en golfgegevens.

7. Synthese: Kan een basis lay-out voor een windpark cre¨eren, inclusief turbines, kabels

en het transmissiestation.

8. Synthese: Kan een eenvoudig installatie- en onderhoudsplan voor een windpark maken.

Keuzemodule 2: Advanced Engineering Calculations (3 EC)​
1. Analyse: Kan snel klantproblemen analyseren en geschikte rekenmethoden presenteren voor het

eindontwerp.

2. Toepassing: Kan gestandaardiseerde rekencodes (normen) toepassen bij ontwerp en controle.

3. Analyse: Kan sterkteberekeningen van complexe constructies uitvoeren, zowel handmatig als met

FEM, en deze verifiëren.

4. Synthese: Kan berekeningen helder documenteren met tekst, formules, grafieken en illustraties

voor vlotte controle.

5. Evaluatie: Kan zijn werk met technische argumenten onderbouwen en verdedigen.

Talent Innovation Pool (3EC)
1. Kennis: Kan de kernconcepten van offshore en constructies, zoals offshore energie, uitleggen.

2. Toepassing: Kan kennis van offshore en (staal) constructies toepassen in realistische situaties en technologische oplossingen evalueren.

3. Analyse: Kan de impact op economie, milieu en maatschappij kritisch analyseren en beoordelen.

4. Synthese: Kan effectief over thema's, zoals energietransitie, naar diverse doelgroepen communiceren en complexe concepten begrijpelijk maken.

5. Evaluatie: Kan kritisch denken toe passen bij het beoordelen van techniek en verschillende perspectieven en belangen afwegen.

Praktijkopdracht (15EC)
1. Synthese: Kan een heldere probleemstelling en werkplan formuleren.

2. Toepassing: Kan praktijkonderzoek uitvoeren gericht op het oplossen van de probleemstelling.

3. Analyse: Kan onderscheid maken tussen hoofd- en bijzaken.

4. Toepassing: Kan kennis en inzicht toepassen bij de oplossing van een probleemstelling.

5. Evaluatie: Kan een probleemstelling benaderen vanuit verschillende invalshoeken.

6. Evaluatie: Kan kritisch bepalen of de experimentele aanpak relevant is voor het oplossen van het

probleem en baseert zich hierbij op kennis van experts en de (wetenschappelijke) literatuur.

7. Synthese: Kan verantwoordelijkheid nemen voor het project en raadpleegt experts.

8. Evaluatie: Kan conclusies onderbouwen getrokken uit resultaten van (eigen) onderzoek.

Ingangseisen

Deze minortrack is direct toegankelijk voor technische studenten van een van de volgende opleidingen:

• Werktuigbouwkunde

• Scheepsbouwkunde

• General engineering

• Civiele Techniek

of een vergelijkbare studie.

Je dient te beschikken over genoeg technische voorkennis (mechanica, wiskunde, ontwerpmethodieken) en professionaliteit. Tevens heb je alle studiepunten behaald van jaar 1 en 2 en heb je een stage gelopen.

Literatuur

De benodigde literatuur wordt per module (online) beschikbaar gesteld.

Toetsing

Kernmodule: Design of Offshore Equipment (6EC)
De module wordt afgesloten met een ontwerprapport (Rapport) waarin het ontwerp voor de kraan presenteert wordt met onderbouwing volgens de methode voorgeschreven uit de standaarden. Aansluitend aan het rapport vindt er een verdediging (Assessment) plaats waar het ontwerp met de docent besproken wordt.

Keuzemodule 1: Offshore Windfarm Design (3EC)
De module wordt afgesloten met een ontwerprapport (Rapport) waarin het ontwerp gepresenteerd wordt. Aansluitend vindt er een verdediging (Assessment) plaats waar het ontwerp met de docent besproken wordt.

Keuzemodule 2: Advanced Engineering Calculations (3 EC)​
De module wordt afgesloten met een (Rapport) waarin het team hun ontwerp presenteert.

Talent Innovation Pool (3EC)
Toetsing voor deze module vindt plaats door een reflectieverslag (Rapport) te schrijven over het programma.

Praktijkopdracht (15EC)
Aan het eind van het project lever je als groep een onderzoeks- of ontwerpverslag (Rapport) in dat op gelijkwaardig is aan het afstudeerniveau van een technische hbo-opleiding. Ook worden de resultaten gepresenteerd tijdens het symposium ter afsluiting van de minor.

Aanvullende informatie