Kies op maat

Inloggen Menu

Lesgeven in de grote stad

De stad wordt steeds vaker getypeerd als superdivers. Dat geldt ook voor de (grote) steden in Nederland, waaronder Rotterdam. In deze minor bestuderen we wat het betekent om als onderwijsprofessional te werken in deze superdiverse context. We maken gebruik van inzichten uit een veelheid aan disciplines, zoals sociologie, geschiedenis, antropologie, pedagogiek en onderwijskunde. In verschillende workshops leer je onder andere over de werking van discriminatie en racisme, straatcultuurgedrag, het bespreken van controversiële thema’s en het in verbinding komen en blijven met jongeren.

We werken in deze minor zoveel mogelijk volgens de principes van inclusive excellence van Frank Tuitt e.a. (2011). Dit betekent onder andere dat we ernaar streven om een inclusieve pedagogiek en didactiek te hanteren binnen een inclusieve leeromgeving. Om dit te bereiken willen we met elkaar in gesprek. Je wordt in de minor uitgenodigd om onderzoek te doen naar:

  • jezelf: wie ben ik en hoe verhoud ik me tot thema’s als superdiversiteit, inclusiviteit, kansengelijkheid en dergelijke?
  • de theorie: wat weten we uit onderzoek over deze thema’s en welke kennis helpt mij als professional? Thema’s superdiversiteit, vrijheid van onderwijs, machtsverhoudingen, kolonialisme, straatcultuur, kansenongelijkheid, LHBTIQ+ en opvoedstijlen worden besproken.
  • de praktijk: hoe wordt in mijn professionele context omgegaan met deze thema’s en hoe kan ik de inzichten uit de minor toepassen?

    Je werkt in de minor aan drie praktische opdrachten: een rollenspel, een podcast en je eigen Change Project. We kunnen met trots zeggen dat door mooie Change Projects van de afgelopen jaren, de (onderwijs)praktijk van verschillende instellingen in Rotterdam en omgeving een stukje inclusiever is gemaakt. Studenten ervaren dat zij in staat zijn verandering teweeg te brengen. Ook als je net komt kijken in een nieuwe organisatie.

 

Leerdoelen

De minor beoogt studenten te ondersteunen bij de ontwikkeling tot onderwijsprofessionals, die op inclusieve wijze vorm geven aan hun rol in een superdiverse context. De nadruk hierbij ligt op werken in het onderwijs. Centraal hierbij staan onder andere:

  • Bewustwording- en ontwikkeling van eigen aannames, vooroordelen en visie en deze betrekken op het handelen in een professionele context
  • Kennis en inzicht met betrekking tot historische gebeurtenissen en ontwikkelingen die een rol spelen bij hedendaagse debatten over diversiteit en inclusie
  • Kennis en inzicht met betrekking tot superdiversiteit en hoe de grootstedelijke context vanuit een sociologisch perspectief te begrijpen valt
  • Kennis en inzicht met betrekking tot perspectieven op mens en samenleving, cultuur, opvoeding en pedagogiek
  • Vaardigheden met betrekking tot hoe inclusief te handelen als onderwijsprofessional en onderzoek te doen naar de toepassingen hiervan in de praktijk

Ingangseisen

De minor is gericht op studenten van de lerarenopleiding. Studenten van opleidingen die raakvlakken hebben met het (voortgezet) onderwijs en MBO (bijvoorbeeld Pabo, Social Work, WDKA, docent beeldende vorming) zijn van harte welkom. Na aanmelding zal een vragenlijst worden toegestuurd. Hiermee wordt ingeschat of de inhoud van de minor relevant is voor de student en of de verwachtingen van de student overeenkomen met wat de minor zal bieden.

Om deel te kunnen nemen aan de minor dienen studenten:

  • in het bezit te zijn van hun propedeuse
  • een stageplek te hebben of een organisatie/instelling/bedrijf waar je het praktijkdeel van de minor kunt uitvoeren. Je werkt daar met jongeren (4 – 18 jaar).
  • voor studenten van de Lerarenopleiding geldt dat ze stage N2 afgerond dienen te hebben

Minor met extra eis: Let op!: voor deze minor geldt een extra toelatingseis. Schrijf je via Osiris Student. Enige tijd daarna ontvang je een online vragenlijst waarin vragen worden gesteld over je verwachtingen van de minor. Deze vragenlijst dient uiterlijk 28-05 ingevuld te zijn. Pas daarna is je deelname aan de minor officieel.

Literatuur

De literatuur wordt bij aanvang van de minor gecommuniceerd. Het streven is om zoveel mogelijk teksten in digitale vorm aan te bieden.

Rooster

De minor staat ingeroosterd op maandagen van 9.00 – 16.00 uur. De maandagen zullen doorgaans de volgende structuur hebben:

-          Een kort moment om te werken aan je Change Project samen met je coach en klasgenoten
-          Een college over Grootstedelijke Context, waarin thema’s als superdiversiteit, vrijheid van onderwijs, machtsverhoudingen, kolonialisme, straatcultuur en kansengelijkheid aan bod komen
-          Een college over Inclusieve Pedagogiek waarin alle dimensies van Inclusive Excellence langskomen: identiteit, opvoedstijlen, gevoelige thema’s en curriculum transformatie

Tijdens de colleges is veel ruimte voor gesprekken. Daarnaast zullen en workshops aangeboden worden over het voeren van een dialoog onder druk, welke vragen kan je elkaar stellen om vervolgens écht te luisteren, de werking van discriminatie en hoe om te gaan met straatcultuur. Tot slot zullen we twee keer op stap gaan: een bezoek aan een museum en een lunch met stadswandeling (beiden in Rotterdam).

Toetsing

De minor wordt afgerond aan de hand van drie praktische opdrachten. Voor het onderdeel grootstedelijke problematiek maak je een podcast, voor het onderdeel pedagogiek ontwikkel je een rollenspel dat je in tijdens de minor uitvoert. Daarnaast ben je gedurende de gehele minor bezig om een project op te zetten en uit te voeren in de praktijk. Hierbij stimuleren we je vanaf de start van de minor om aan de slag te gaan met een grootstedelijk pedagogisch vraagstuk op je stage- of werkplek, waarbij je de bredere context van de organisatie nadrukkelijk ook betrekt. Jij bedenkt en initieert een project dat je onderbouwt met inzichten uit de minor. In samenwerking met leerlingen/studenten/jongeren en collega’s werk je hier aan, probeer je het uit in de praktijk en is het doel dat je collega’s inspireert. Aan het einde van de minor presenteer je de resultaten.

Aanvullende informatie

Studenten die deel willen nemen aan de minor volgen bij voorkeur een lerarenopleiding of worden opgeleid voor een beroep dat raakvlakken heeft met het voortgezet onderwijs en MBO (bijvoorbeeld Pabo, Social Work).

Er wordt verwacht dat je als student bereid bent om je bewust te worden van eigen aannames, vooroordelen en visies en er voor open staat om deze verder te ontwikkelen. Ook is het van belang om met een open blik aan de slag te gaan met mogelijk controversiële thema’s als kolonialisme, gender, religie, discriminatie en racisme.

Voor de volledigheid benoemen we dat je als student in deze minor niet leert om les te geven. Er wordt vanuit gegaan dat je al werkt of ervaring hebt in een organisatie of instelling waar onderwijs en/of opvoeden centraal staat en uiteraard hebben we het over tal van thema’s die een rol spelen bij het opvoeden en lesgeven in een grootstedelijke context. Maar het is geen cursus waarin je leert lesgeven. Mocht je een minor willen doen waarin je leert lesgeven en later eventueel kan instromen in een (eenjarige) lerarenopleiding, overweeg dan de Educatieve minor te gaan doen (zie: https://hint.hr.nl/nl/Minors/minors-2023/ivl/educatieve-minor2/?FromOverzicht=True).

Online voorlichtingen