Kies op maat

Inloggen Menu

Klinische psychologie 2: diagnostiek en therapie

Hoe verloopt diagnostiek van psychische klachten op een wetenschappelijk verantwoorde manier? Op welke manier wordt een posttraumatische-stressstoornis evidence-based behandeld? En aan welke gedragsregels dient een klinisch werkend psycholoog zich eigenlijk te houden? Dit zijn zomaar wat vragen die aan bod komen tijdens de cursus Klinische psychologie 2: diagnostiek en therapie.

Deze cursus gaat ervan uit dat u op de hoogte bent van theoretische referentiekaders in de klinische psychologie, verschillende psychische stoornissen en de internationale classificatie van psychopathologie volgens DSM-5. Bij deze cursus ligt de nadruk op diagnostiek en behandeling van psychopathologie.

De cursus is opgedeeld in drie logisch samenhangende delen. Het eerste deel biedt vooral een kader. Allereerst komen de algemene principes van psychodiagnostiek en indicatiestelling aan bod. Vervolgens verplaatsen we de aandacht naar verschillende manieren van ‘kijken’ naar diagnostiek en behandeling en staan we stil bij de ethische richtlijnen en gedragsregels voor de psycholoog. Het tweede deel van de cursus richt zich op diagnostiek en behandeling vanuit verschillende theoretische (behandel)benaderingen. Zo leggen we in dit deel onder meer uit hoe diagnostiek en behandeling vanuit een cognitief-gedragstherapeutische benadering en vanuit een interpersoonlijke benadering plaatsvindt. Het derde en laatste deel van de cursus is gericht op diagnostiek en behandeling van verschillende vormen van psychopathologie. Hierbij komen verschillende stoornisgroepen uit de DSM-5 aan bod, zoals stemmingsstoornissen, eetstoornissen en psychotische stoornissen. Daarnaast besteden we aandacht aan de diagnostiek en behandeling van suïcidaal gedrag.

Leerdoelen

Nadat je deze cursus hebt bestudeerd, verwachten we dat je:
1. de verschillende stappen, doelstellingen en handelingen behorende bij de diagnostische cyclus kunt benoemen en dat je aan kunt geven hoe diagnostiek van psychische klachten aan de hand van de diagnostische cyclus in de praktijk wordt gebracht.
2. aan kunt geven wat indicatiestelling betekent, dat je factoren kunt benoemen die van invloed kunnen zijn op indicatiestelling en dat je relevante aandachtspunten bij indicatiestelling kunt benoemen.
3. kunt aangeven wat de verschillen zijn tussen de stoornisspecifieke en transdiagnostische benadering en dat je transdiagnostische factoren en interventies kunt benoemen.
4. de rationale en kenmerken van een aantal veelgebruikte behandelbenaderingen kunt benoemen, dat je kunt aangeven hoe diagnostiek, indicatiestelling en behandeling vanuit deze benaderingen verlopen en dat je de hierbij relevante aandachtspunten kunt benoemen.
5. voor een breed scala aan psychische stoornissen de criteria, klinische presentaties en veronderstelde mechanismen kunt benoemen, alsmede de aandachtspunten hierbij, en dat je kunt aangeven welke methoden en instrumenten bij deze stoornissen bijdragen aan de beschrijvende en verklarende diagnostiek.
6. voor een breed scala aan psychische stoornissen passende behandelingen kunt benoemen, dat je de effectiviteit van deze behandelingen kunt benoemen, dat je kunt aangeven op welke mechanismen deze behandelingen aangrijpen en dat je kunt benoemen hoe, en door welke specifieke interventies dit gebeurt.
7. een beeld kunt schetsen van het vóórkomen van suïcidaal gedrag bij verschillende vormen van psychopathologie en dat je verklaringen, risicofactoren en beschermingsfactoren kunt benoemen.
8. kunt aangeven hoe diagnostiek en behandeling van suïcidaal gedrag op een adequate wijze wordt toegepast en dat je de inhoud van de Multidisciplinaire richtlijn diagnostiek en behandeling van suïcidaal gedrag kunt benoemen.
9. de belangrijkste punten uit de Beroepscode voor psychologen van het NIP (versie 2015) kunt benoemen en deze Beroepscode adequaat kunt toepassen op een eenvoudige casus over een klinisch werkend psycholoog.
10. kunt aangeven hoe behandeling van klachten bij NIP en BIG verloopt en welke maatregelen getroffen kunnen worden.

Ingangseisen

Dit vak is niet als losse cursus via Kies op Maat te volgen. Je kunt dit vak alleen volgen indien je een e-minor van de Open Universiteit volgt waarin deze cursus is opgenomen.

Literatuur

De cursus bestaat uit opdrachten in de online leeromgeving, ondersteund door een tekstboek (Simon, E., de Hullu, E., Smeets, G., & van der Molen, H. T. (2018). Klinische Psychologie: Diagnostiek en Therapie. Houten: Noordhoff Uitgevers.), met bijdragen van toonaangevende onderzoekers en clinici.

Rooster

Deze cursus start in kwartiel 1, 2, 3 of 4, afhankelijk van de gekozen e-minor.

Dit is een online cursus. De cursus is zo opgezet dat je deze in principe zelfstandig kunt doorlopen en afronden. Er vinden geen begeleidingsbijeenkomsten plaats.

Toetsing

Digitaal individueel tentamen (mc)

Je maakt het tentamen op een door jou gekozen moment op een computer tijdens een van de tentamensessies in het studiecentrum of thuis op je eigen computer.

Aanmelden kan tot 14 dagen voor de gewenste tentamensessie.

Aanvullende informatie

Deze cursus maakt deel uit van een van de e-minoren van de Open Universiteit en is niet afzonderlijk te volgen.