Kies op maat

Inloggen Menu

Maatschappelijke Onrust en Spanningen

Sociale spanningen vormen vandaag de dag - en door de eeuwen heen - een belangrijk thema. Van (online) radicalisering tot racisme en discriminatie in onze samenleving, van rellen in een volkswijk tot de komst van vluchtelingen naar Nederland, en van verzet tegen de coronamaatregelen tot boeren- en klimaatprotesten: maatschappelijke ontrust en sociale spanningen vormen een prominent vraagstuk in onze maatschappij. Zowel binnen de overheid als binnen de samenleving speelt het vraagstuk hoe om te gaan met deze spanningen. Hoe kunnen overheid en samenleving het beste streven naar het bevorderen van sociale stabiliteit? In de minor gaan we op zoek naar wat er kan worden gedaan om maatschappelijke onrust tegen te gaan en de stabiliteit in onze maatschappij te bevorderen. Vanuit een multidisciplinair perspectief gaan studenten in deze minor diverse aan maatschappelijke onrust en sociale spanningen gerelateerde thema’s bestuderen en leren zij hoe hiermee om te gaan.

Leerdoelen

  1. 1.      Kennisleerdoel: de student kan uitleggen waar spanningen in de samenleving over gaan en wat hieraan ten grondslag ligt.

    2.      Kennisleerdoel: de student raakt bekend met casuïstiek waarover in de samenleving spanningen bestaan en kan die casussen beschrijven 

    3.      Kennisleerdoel: de student kan verschillende actoren in kaart brengen die betrokken zijn bij spanningen in de samenleving in kaart brengen. 

     

    4.      Vaardighedenleerdoel spreken: de student kan beargumenteerd stelling nemen in een debat over een spanning in de samenleving

    5.      Vaardighedenleerdoel spreken: de student kan een dialoog voeren met verschillende partijen over een spanning in de samenleving

    6.      Vaardighedenleerdoel spreken: de student kan middels de deep democracy methode binnen een team met verschillende individuen met verschillende belangen tot een (unanieme) beslissing komen.

     

    7.      Vaardighedenleerdoel schrijven: de student kan onderzoek doen naar een thema dat gerelateerd is aan spanningen in de samenleving

    8.      Vaardighedenleerdoel schrijven: de student kan beargumenteerd stelling nemen in een paper over een spanning in de samenleving

    9.      Vaardighedenleerdoel schrijven: de student kan een ex-ante beleidsevaluatie uitvoeren over een beleidsstuk dat een spanning in de samenleving aangaat

     

    10.   Vaardigheidsleerdoel presenteren: de student kan een presentatie geven over een onderwerp dat aansluit bij de thematiek van de minor.

Ingangseisen

Er zijn geen kwalitatieve ingangseisen van de minor, behalve dan vloeiende beheersing van het Nederlands. Hiermee wordt bedoeld dat de minor geheel Nederlandstalig is en dat een internationale student die deze minor wil volgen deze taal dus goed moet beheersen. Een student dient vooral gemotiveerd te zijn om met de thematiek van de minor aan de slag te gaan.  

Literatuur

Online teksten die t.z.t. beschikbaar zullen worden gesteld op Brightspace 

Rooster

Werkvormen: De minor zal bestaan uit hoor-en werkcolleges. In de hoorcolleges zullen inhoudelijke thema’s aan bod komen. In de werkcolleges zullen we ons vooral richten op vaardigheden. Denk hierbij aan discussie- en debatvaardigheden, presenteren en schrijven.  Dit heeft directe relatie met de te verwerven competenties/ einddoelen.

 

Studielast: Per week zullen er 4 hoorcolleges van 1,5 uur, dus 6 uur in totaal zijn.

 

Werkcolleges zijn 3x 1 uur, dus 3 uur in totaal.

 

Daarnaast zullen er in een aantal weken werkbezoeken plaatsvinden, de tijd studenten hieraan kwijt zijn is nog niet bekend.   

 

Het aantal zelfstudie-uren zal dan tussen de 20 en 30 uur per week liggen, mede afhankelijk van de tijd die studenten kwijt zullen zijn aan het aantal werkbezoeken.

Toetsing

  • Toetsing van de minor

     

    ·        De student maakt theorietentamens in week 9 en week 18. Dit examen beslaat de theorie uit de voorafgaande casusweken eb de theoriecolleges.

    ·        De student oefent de gespreksvormen debatteren, dialoog en de besluitvormingsvorm deep democracy tijdens vaardighedenassessments.

    ·        De student schrijft een onderzoekspaper over een onderwerp naar keuze. Hiervoor wordt een onderzoeksopzet ingeleverd.

     

    Weging toetsen:

     

    1.      Theorie tentamens 30%

    2.      Individuele papers 30%

    3.      Assessments 30%

    4.      Presentatie 10%

     

    Alle toetsen kunnen worden herkanst indien nodig. Echter, elke toets dient individueel met een voldoende te worden afgesloten om de studiepunten voor de minor te kunnen behalen. Indien er geen voldoende is behaald voor de onderzoeksopzet kan de student niet het paper (rapportage) schrijven en valt hij of zij dus af.

     

    Week

    Projectgroep

    status

    herkansing

    4, 6 en 8

    Assessments debatteren en dialoog

    Toets

    Week 20

    13, 15 en 17

    Assessments deep democracy

    Toets

    Week 20

    3 t/m 8 & 12 t/m 17

    Presentaties

    Toets

    Week 20

    9 en 18

    Tentamens

    Toets

    Week 20

    8

    Onderzoeksopzet

    Toets

    Week 11

    17

    Paper

    Toets

    Week 20

     

     

     

     

     

Aanvullende informatie

In deze minor komen de WIN-thema's nadrukkelijk naar voren.

Als eerste ligt de nadruk sterk op het bevorderen van (wereld)burgerschap in deze minor, omdat we ons richten op samenlevingsvraagstukken waar goed burgerschap cruciaal voor is.

Daarnaast zit er ook een sterkte internationale component verwezen in onze minor omdat veel van de spanningen waar we mee aan de slag gaan ofwel voortkomen uit gebeurtenissen in het buitenland, ofwel onderdeel zijn van internationale trends.

We zullen voor deze minor dan ook zeker regelmatig over de grens kijken. Tot slot is het belang van het opbouwen van netwerken bij met name de aanpak van spanningen in de samenleving van groot belang. 

 

Werkvormen: De minor zal bestaan uit hoor-en werkcolleges. In de hoorcolleges zullen inhoudelijke thema’s aan bod komen. In de werkcolleges zullen we ons vooral richten op vaardigheden. Denk hierbij aan discussie- en debatvaardigheden, presenteren en schrijven.  Dit heeft directe relatie met de te verwerven competenties/ einddoelen.  

Studielast: Per week zullen er 4 hoorcolleges van 1,5 uur, dus 6 uur in totaal zijn. 

Werkcolleges zijn 3x 1 uur, dus 3 uur in totaal.  

Daarnaast zullen er in een aantal weken werkbezoeken plaatsvinden, de tijd studenten hieraan kwijt zijn is nog niet bekend.    

Het aantal zelfstudie-uren zal dan tussen de 20 en 30 uur per week liggen, mede afhankelijk van de tijd die studenten kwijt zullen zijn aan het aantal werkbezoeken.