Van diversiteit naar inclusie: professioneel begeleiden in een multiculturele wereld

Wil jij leren hoe je als professional beter kunt omgaan met culturele verschillen? In de minor Transcultureel Begeleiden vergroot je jouw culturele competentie, zodat je passende zorg en begeleiding kunt bieden aan mensen met een andere culturele achtergrond dan jijzelf. Diversiteit, inclusie en gelijkwaardigheid staan centraal. Je leert vanuit verschillende perspectieven kijken, kritisch te reflecteren op je eigen handelen en je in te leven in de ander. Deze minor is interessant voor studenten van sociale opleidingen die willen bijdragen aan meer rechtvaardigheid en gelijke kansen in zorg en onderwijs.

De minor Transcultureel Begeleiden sluit goed aan bij de opleidingen Verpleegkunde, Social Work en Pabo.

Inhoud van de minor

De minor Transcultureel Begeleiden draait om de vraag hoe je als professional kunt omgaan met culturele verschillen, met als doel gelijkheid en rechtvaardigheid in de zorg en begeleiding te bevorderen.

Je wordt getraind in sociologische verbeeldingskracht: het vermogen om de relatie te zien tussen iemands persoonlijke verhaal en de bredere sociale context.

Een belangrijk onderdeel is het praktijkgedeelte (1 à 2 dagen per week, 270 uur in totaal), bijvoorbeeld door het doen van vrijwilligerswerk in een omgeving met veel mensen met een andere achtergrond dan jijzelf. Hier ervaar je in de praktijk hoe je met verschillen omgaat.

Tijdens de minor werk je aan een fictief verhaal, gebaseerd op antropologisch veldwerk, participerende observaties en interviews. Je presenteert dit verhaal tijdens een afsluitend symposium.

Er is ook een optie om (maximaal 10 weken) een deel van deze minor in het buitenland binnen Europa te doen, mits je daar een geschikte praktijkplek hebt.

Na afloop van de minor kun je:

• Transculturele zorg en begeleiding bieden die door de ander als passend wordt ervaren.
• Processen van racisme en andere vormen van discriminatie herkennen en bestrijden.
• Sociale constructies van thema’s als migratie, gender, en cultuur benoemen en analyseren.
• Vertrouwensrelaties opbouwen met respondenten.
• Een verhaal schrijven op basis van veldwerk en opgedane kennis.
• Intersectioneel denken en een caleidoscopische visie toepassen op je eigen identiteit.
• Uitleggen hoe culturele (tegen)overdracht communicatie beïnvloedt.
• Het concept ‘Beschermjassen’ en de impact van migratie binnen een wij-systeem uitleggen.
• Ziekteverklaringen van mensen met psychiatrische aandoeningen beschrijven.
• Uitleggen welke schadelijke praktijken er zijn en interventies beschrijven.
• Bijdragen aan het toegankelijker maken van zorg voor mensen in een kwetsbare positie.

Daarnaast werk je aan zeven culturele competenties:

1. Sociologische verbeeldingskracht
2. Jezelf leren kennen
3. Verbinding maken
4. Cultuursensitieve zorg
5. Leiderschap
6. Sociale rechtvaardigheid
7. Een leven lang leren

- Propedeuse hbo

- Tijdens de minor moet de student een praktijkplek hebben waarbij zij/hij in contact komt met mensen met een andere culturele achtergrond. 

De eindbeoordeling bestaat uit drie onderdelen:

1. Verhaal
• Je schrijft een verhaal op basis van onderzoek en praktijkervaring.
• Je ontvangt hiervoor een cijfer (minimaal 5,5 vereist).
2. Portfolio
• Bestaat uit opdrachten die je tijdens de minor maakt.
• Laat zien hoe je werkt aan je competenties.
3. Reflectieverslag
• Beschrijft jouw leerproces en ontwikkeling tijdens de minor.

Alle onderdelen moeten zijn ingeleverd om de minor te behalen. Exacte inleverdata staan in het toetsprogramma van de opleiding waarvoor je inzage krijgt als KOM-student.

Onderwerpen die aan bod komen

• Uitsluiting
• Culturele antropologie
• Beschermjassen
• Culturele overdracht en tegenoverdracht
• Geboorte en dood
• Sekse en gender
• Migratie en beschermjassen
• Gezondheidsvaardigheden
• Transculturele psychiatrie
• Mensen op de vlucht
• Mensenhandel
• Schadelijke praktijken