Kies op maat

Inloggen Menu

Complexe GGZ en moderne dementie zorg

Deze minor bestaat uit 2 onderdelen. De eerste 10 weken start je met complexe GGZ en je eindigt met 10 weken moderne dementie zorg.

Wil je jezelf verder bekwamen in de interactie met deze mensen?

Wil je je meer bekwamen in het voeren van de regie over de behandeling van een patiënt met complexe psychiatrische problematiek en dementie.

Wil je meer inzicht krijgen in je eigen kwaliteiten en ontwikkelpunten met betrekking tot het werken met deze doelgroepen? 

Meldt je dan snel aan voor deze combi-minor. 

Leerdoelen

Het onderdeel GGZ bestaat uit 3 onderdelen. Hieronder zijn de leerdoelen per onderdeel beschreven.

 

Integrale complexe GGZ

  • Je bent in staat om gegevens te verzamelen die nodig zijn om de een complexe patiënten casus te beschrijven. De casus wordt bij voorkeur aangedragen door de praktijk. Indien dit organisatorisch niet mogelijk blijkt, zal de opleiding de casus verstrekken.
  • Je bent in staat om een inschatting te maken van de mate van herstel van de patiënt.
  • Je bent in staat om de organisatie van zorg rondom de patiëntencasus te beschrijven.
  • Je bent in staat om knelpunten te signaleren in de zorgverlening (te denken valt aan knelpunten op het gebied van bejegening, behandeling, sociaal-maatschappelijke inbedding, vaardigheden, recht en organisatie van zorg).
  • Je bent in staat om de zorgverlening in de praktijk te vergelijken met de zorgverlening die beschreven staat in de literatuur (richtlijnen, generieke modules, onderzoeksartikelen etc.).
  • Je kan op basis van voorgaande een visie formuleren over de zorgverlening m.b.t. de patiëntencasus en kan op basis hiervan aanbevelingen doen aan de praktijk gericht op de specifieke patiënt of patiëntencategorie.

 

Communicatie complexe GGZ 

·         Je bent in staat om in gesprek met een patiënt met complexe psychiatrische problematiek op professionele wijze te communiceren. Dat wil zeggen dat de student op de juiste wijze contact maakt, de communicatie kan afstemmen en op basis van de actuele kennis adequaat en vroegtijdig kan reageren op probleemgedrag.

·         Je bent in staat om samen met de patiënt de achterliggende motieven voor probleemgedrag te achterhalen.

·         Je bent in staat om de patiënt te motiveren tot- en te ondersteunen bij gedragsverandering.

·         Je bent in staat om te reflecteren op het eigen handelen en het handelen te onderbouwen.

 

Portfolio GGZ

 

·         De student is in staat om op een professionele wijze peerfeedback t.a.v. de beroepshouding van medestudenten te geven.

·         De student is in staat om op een professionele wijze feedback t.a.v. de eigen beroepshouding te ontvangen.

·         De student kan beschrijven welke persoonlijke waarden en normen van invloed zijn op de beroepshouding t.a.v. de zorg voor patiënten met complexe psychiatrische problematiek.

·         De student geeft aan de hand van een uitwerking van de kernkwadranten inzicht in de eigen kwaliteiten en ontwikkelpunten m.b.t. het werken met patiënten met complexe psychiatrische problematiek.

·         De student kan reflecteren op de eigen mentaliserende vaardigheden en maakt hierbij gebruik van de (peer)feedback tijdens de trainingen en eerdere (stage)ervaringen.

·         De student kan op basis van bovenstaande analysen motiveren in welk werkveld/ setting de student als toekomstige verpleegkundige het beste tot zijn recht komt.

 

Het onderdeel dementiezorg heeft de volgende leerdoelen:

 

  1. Je kan beargumenteerd advies geven op basis van praktijkgericht onderzoek naar (verpleegkundige of interprofessionele) zorg die wordt ingezet ter bevordering van eigen regie in het dagelijks leven van mensen met dementie en/of hun mantelzorgers. Hierbij kan je: 
  • planmatig een (praktijk- / literatuur-) onderzoek uitvoeren en beschrijven; 
  • de bevindingen onderbouwen met relevante en wetenschappelijke bronnen; 
  • op een laagdrempelige manier een complex vraagstuk verhelderen en een beargumenteerd advies uitbrengen die bijdraagt aan toepassing/implementatie voor de dagelijkse praktijk.  

 

2.    Je kan op maat de persoon met dementie en diens mantelzorger in de thuissituatie ondersteunen. Je bedenkt interventies vanuit: 

  • klinisch redeneren. Je brengt op een systematische wijze de behoefte van de mantelzorger van een persoon met dementie in kaart en maakt daarbij gebruik van de kennis over dementie 
  • E-health en online ondersteuning. Je kent de mogelijkheden en beperkingen van het gebruik van e-health in de individuele casus. 
  • De principes van zelfmanagement: Je kan daadwerkelijk zelfmanagement ondersteunen volgens de principes van gezamenlijke besluitvorming en 5A-model bij dementie (met specifieke aandacht voor goal setting).   

Je kan een eigen visie verwoorden op zelfmanagement(ondersteuning), online ondersteuning of mantelzorg(ondersteuning) van maatschappelijk ethisch perspectief in de zorg voor mensen met dementie.  

Ingangseisen

Voor Inholland verpleegkunde studenten geldt de volgende ingangseis: Keuzeblokken zijn alleen toegankelijk voor studenten die de onderwijseenheden tot en met jaar 2 hebben behaald. 

Voor studenten buiten Inholland geldt de ingangseis dat je een voltijd verpleegkundige opleiding volgt. 

Literatuur

Geen specifieke literatuur.

Alle benodigde informatie is op Moodle te vinden.

Rooster

Het is een voltijd programma, maar er wordt gestreefd naar 3 lesdagen per week. Daarnaast komt zelfstudie en een opdracht met een subgroep van +/- 4 studenten. 

Toetsing

Het eerst onderdeel (GGZ) wordt getoetst in 3 delen:

Integrale complexe GGZ, uitgevoerd in tweetallen.

In deze opdracht maak je een diepgaande analyse van een patiëntencasus uit de complexe GGZ.  Deze casus wordt bij voorkeur door de praktijk aangedragen.  Aan de hand van uitgebreide analyse op basis van de voorgeschiedenis, de huidige behandeling en de verpleeg- en behandeldoelen maak je een analyse van de uitgevoerde zorg en de knelpunten die daarbij zijn ontstaan. Op basis van deze analyse vorm je een visie hoe de zorgverlening rond deze specifieke casus kan worden verbeterd.   Je leert in deze opdracht dus op meso- niveau naar een specifieke patiëntencasus te kijken en met een eigen visie de regie te voeren over het verpleeg- en behandelproces.  7EC.

Communicatieve vaardigheden in de complexe GGZ

In dit onderdeel ga je actief aan de slag om je communicatieve vaardigheden rond de complexe psychiatrische patiënt te verbeteren. Er wordt daarom veel geoefend, want juist door het oefenen krijg je zicht op je kwaliteiten en ontwikkelpunten en is er ruimte voor groei. De thema’s die in de trainingen aan bod komen richten zich op thema’s die vaak als lastig beschouwd worden zoals het begrenzen, het omgaan met suïcidaal gedrag, zorgmijders en afzondering. Door het inzetten van trainingsacteurs wordt er naar gestreefd de situaties zo realistisch mogelijk na te bootsen.  5 EC

Portfolio complexe GGZ       

Elke verpleegkundige dient goed zicht te hebben op de eigen normen en waarden en de invloed  daarvan op je beroepshouding, kwaliteiten en valkuilen en het vermogen om het gedrag van zichzelf en anderen te kunnen verklaren. In het contact met mensen met complexe psychiatrische problemen is dit inzicht bij uitstek van belang. Tijdens dit keuzevak houd je een logboek bij waarin je persoonlijke leerdoelen opstelt, reflecteert en feedback ontvangt en geeft. Aan het einde van dit keuzevak ben je in staat om, aan de hand van jouw kwaliteiten te beschrijven in welk werkveld/ setting jij als verpleegkundige het beste tot je recht komt.  3 EC

Het 2de onderdeel (dementiezorg) wordt ook in 3 delen getoetst:

Advies Moderne Dementiezorg.

Je schrijft een adviesrapport op basis van een praktijkgericht onderzoek naar (verpleegkundige of interprofessionele) zorg ter bevordering van eigen regie in het dagelijks leven van mensen met dementie en/of hun mantelzorgers aan de hand van opgestelde criteria.Je presenteert het advies uit het adviesrapport in een zelfontworpen infographic. Je presenteert de infographic mondeling. De docent beoordeelt het adviesrapport, en de visuele en mondelinge presentatie van de infographic. 10 EC.

Begeleidingsplan

Begeleidingsplan mantelzorger van persoon met dementie. Je schrijft een begeleidingsplan op basis van een mondeling gesprek met een mantelzorger van een persoon met dementie. In het mondelinge gesprek breng je samen met de mantelzorger de situatie, de behoefte, de doelen en de online ondersteuningsmogelijkheden in kaart met in achtneming van de principes van zelfmanagement. Je neemt -met toestemming van de mantelzorger- het mondeling gesprek op. 3 EC.

 

Essay

 

Essay Moderne Dementiezorg. Je schrijft een essay met daarin hun visie vanuit een maatschappelijk ethisch perspectief op zelfmanagement(ondersteuning), online ondersteuning of mantelzorg(ondersteuning in de zorg voor mensen met dementie. 2 EC.

Aanvullende informatie

Bij het behalen van deze combi-minor ontvang je 2 certificaten. Deze minors worden ook los aangeboden.