- The real voyage of discovery consist not in seeking new landscapes but in having new eyes -

Marcel Proust

 

Transcultureel Begeleiden

Wil jij je verdiepen in transculturele begeleiding? Als professional kom je mensen tegen waarvan de culturele achtergrond verschilt met die van jou. Hoe kun jij jezelf professioneel inzetten om passende zorg en begeleiding te bieden aan de ander?

Diversiteit, Inclusie en Gelijkwaardigheid zijn belangrijke begrippen binnen deze minor. Tijdens het semester werk je samen met je medestudenten aan het vergroten van jouw culturele competentie. 

De minor Transcultureel Begeleiden sluit goed aan bij de opleidingen Verpleegkunde, Social Work en Pabo. 

 

“

“Ik ben betrokken met palliatieve zorg bij een islamitische meneer, waar kan ik rekening mee houden?”

“Mijn client geeft aan last te hebben van een djinn, hoe kan ik deze client nu goed begeleiden als we elkaar niet lijken te begrijpen?”

"Binnen de organisatie waar ik werk is weinig aandacht voor verschillende culturele achtergronden van mensen, hoe kan ik hier verandering in brengen? "

“Een client gaat met ontslag, maar ik heb niet de indruk dat ze goed begrijpt hoe de nazorg precies werkt”

"Hoe kan ik als leerkracht bijdragen aan het verkleinen van kansenongelijkheid binnen het onderwijs?"

 

De minor Transcultureel Begeleiden legt de focus op de vraag hoe je als professional kan omgaan met culturele verschillen met als doel om gelijkheid en rechtvaardigheid in de zorg te creëren.  Door middel van verschillende opdrachten wordt je getraind om Sociologische Verbeeldingskracht te ontwikkelen. Je gaat op zoek naar verhalen die betekenis en ervaringen van mensen blootleggen.  Daarbij gaat het om het bewust worden en herkennen van verbanden tussen het leven van individuen en de (sociale) context.

Het goed aansluiten bij de ervaringen en betekenissen van de ander vereist dat je je helemaal laat onderdompelen in een bepaalde situatie. Dat kan ongemak en verstoring veroorzaken. Lastig, maar het geeft ook de mogelijkheid om nieuwe dingen te leren!

De minor bevat een praktijkgedeelte, een tot twee dagen per week doe je vrijwilligerswerk (in totaal 270 uren), bijvoorbeeld in een setting waar je mensen ontmoet met een andere culturele achtergrond dan die van jou. Het is belangrijk om zelf te ervaren hoe je met verschillende culturen om moet gaan. Een groot deel van de opdrachten kan je uitvoeren binnen het praktijkgedeelte.

De opdracht in deze minor is het schrijven van een fictief verhaal.  Hiervoor moet je verschillende onderzoeksmethoden toepassen zoals participerende observaties en interviews houden. Deze kan je koppelen aan het praktijkgedeelte en aan de verschillende opdrachten binnen de minor.  De toets bestaat uit het schrijven van een verhaal, een portfolio en reflectieverslag. Je presenteert je verhaal tijdens een symposium op Viaa.

 

Onderwerpen

• uitsluiting 
• culturele antropologie
• culturele overdracht en tegenoverdracht
• geboorte en dood
• sekse en gender
• migratie en beschermjassen
• gezondheidsvaardigheden
• transculturele psychiatrie 
• mensen op de vlucht 
• mensenhandel
• vrouwelijke genitale verminking 

 

Buitenland (Binnen Europa) 

Binnen deze minor is er de mogelijkheid om een gedeelte in het buitenland (binnen Europa) te volgen (max 10 weken). Je moet dan beschikken over een praktijkplek waar je ook kan werken aan de opdrachten van de minor. 

 

 

Cultureel Competent

Tijdens deze minor ga je jouw culturele competentie ontwikkelen. De opbouw van de minor, de opdrachten en de toetsing werken toe naar de ontwikkeling van jouw culturele competentie. 

Om hier concreet mee aan de slag te gaan zijn de culturele competenties waar we in de minor aandacht aan geven.  De culturele competenties waaraan gewerkt wordt zijn onderverdeeld in 7 competentiegebieden waarin je je jezelf kun gaan ontwikkelen. 

1. Sociologische verbeeldingskracht
2. Jezelf leren kennen
3. Verbinding maken
4. Cultuur Sensitieve Zorg 
5. Leiderschap
6. Sociale rechtvaardigheid
7. Een leven lang blijven leren. 

In de verschillende opdrachten die je gaat maken zullen één of meerdere van deze competenties centraal staan.

 

Leerdoelen 

In deze minor leer je hoe je als professional transculturele zorg kan verlenen die door de client als passend wordt ervaren. 

• De student kan processen van racisme en andere vormen van discriminatie herkennen en bestrijden.
• De student kan uitleggen wat de sociale constructies zijn van de verschillende thema’s die in de minor aan bod komen (zie overzicht met onderwerpen).
• De student kan een case study ontwerpen en uitvoeren
• De student kan in contact komen met en een vertrouwensrelatie opbouwen met zijn/haar respondenten.
• De student kan een verhaal schrijven op basis van de antropologisch veldwerk en opgedane kennis vanuit de minor.
• De student kan omschrijven wat intersectioneel denken en een caleidoscopische visie inhouden en dit toepassen op haar eigen identiteit
• De student kan een voorbeeld geven van hoe culturele (tegen) overdracht een rol speelt bij communicatie en kan beschrijven in welke mate hij/zij daarvan bewust is.
• De student kan de betekenis van ‘Beschermjassen’ uitleggen en kan dit toepassen op zijn / haar eigen systeem.
• De student kan uitleggen welke impact migratie heeft binnen een ‘wij-systeem’.
• De student kan verschillende opvattingen en ziekteverklaringen van mensen met een psychiatrische aandoeningen beschrijven.
• De student kan uitleggen wat ze kan doen bij een vermoeden van mensenhandel.
• De student kan beschrijven wat VGV betekent, en de verschillende vormen en interventies rond VGV beschrijven
• De student kan een bijdrage leveren aan het toegankelijker maken van zorg voor mensen die een meer kwetsbare positie in de samenleving hebben, bijvoorbeeld mensen die te kampen hebben met beperkte gezondheidsvaardigheden. 

Propedeuse hbo

Tijdens de minor moet de student een praktijkplek hebben waarbij zij/hij in contact komt met mensen met een andere culturele achtergrond. 

Wordt t.z.t. bekendgemaakt door de opleiding.

Er is in ieder geval 1 lesdag per week.

Eindbeoordeling

De eindbeoordeling van de minor bestaat uit 3 verschillende onderdelen waarin je kan aantonen dat je de doelen van de minor behaald hebt. 

• Verhaal  (summatief)

Tijdens het semester ga je aan de slag met het schrijven van een verhaal. Hiervoor is een intensief onderzoek nodig naar een specifieke case bijvoorbeeld vanuit je praktijkplek. Aan de hand van dit onderzoek schrijf je het verhaal.  Je ontvang voor dit toetsonderdeel een cijfer. 

• Portfolio (formatief)

Het portfolio fungeert als formatieve toets. Het portfolio bestaat uit opdrachten die tijdens de hele minor worden gemaakt.  

• Reflectieverslag (formatief)

In het reflectieverslag beschrijf je je leerwinst aan de hand van de beschreven culturele competenties. Je laat zien hoe je hieraan gewerkt hebt tijdens het praktijkdeel, de lessen, intervisie en het maken van je eindproduct: het verhaal.

Om een voldoende voor de minor te halen moet je minimaal een 5,5 halen op het verhaal én alle onderdelen van het portfolio en reflectieverslag moeten aangeleverd zijn. 

In het toetsprogramma van de opleiding staan de exacte inleverdata voor de 1e en de 2e kans.