Palliatieve zorg - Voltijd en deeltijd - Verpleegkunde en social work
Update 16 okt 2025: deze minor start weer op wo 28 jan 2026. De minor wordt afgesloten met het symposium minoren op wo 3 juni 2026. Voor deze periode zijn er nog plekken beschikbaar.
Visie op palliatieve zorg
Palliatieve zorg richt zich op het verbeteren van de levenskwaliteit van cliënten en hun naasten die geconfronteerd worden met een levensbedreigende aandoening of kwetsbaarheid. Dit gebeurt door lijden te voorkomen en te verlichten, met aandacht voor vroegtijdige signalering en zorgvuldige beoordeling en behandeling van fysieke, psychische, sociale en spirituele problemen. Gedurende het ziekteproces of de kwetsbaarheid blijft palliatieve zorg gericht op het behoud van autonomie, toegang tot informatie en keuzevrijheid (Integraal Kankercentrum & Palliactief, 2017).
In Nederland wordt palliatieve zorg voornamelijk beschouwd als generalistische zorg. Alle zorgverleners en begeleiders worden geacht in staat te zijn om palliatieve zorg en ondersteuning te bieden aan cliënten en hun naasten, eventueel met hulp van gespecialiseerde zorgverleners en begeleiders (Integraal Kankercentrum & Palliactief, 2017). Dit wordt ook wel het ‘mixed model’ voor palliatieve zorg genoemd (O²PZ, 2025).
Cliënten kunnen palliatieve zorg ontvangen in verschillende contexten, zoals thuis, in een hospice, verpleeghuis, verzorgingshuis, instelling of ziekenhuis (O²PZ, 2020). Generalistische zorgverleners en begeleiders werken samen met naasten en vrijwilligers (De Jong, 2025), en waar nodig samen met specialistische zorgverleners en begeleiders, in een interdisciplinair zorgteam. Dit team stemt de zorg en begeleiding af op de doelen, waarden, wensen en behoeften van de cliënt en diens naasten (Integraal Kankercentrum & Palliactief, 2017).
In de verschillende contexten waar palliatieve zorg wordt verleend kunnen aandachtsvelders palliatieve zorg* een belangrijke rol spelen. In hun team zijn zij aanspreekpunt voor activiteiten gericht op signaleren en markeren, leven in de palliatieve fase, de laatste levensfase en nazorg. Deze activiteiten zijn ontleend aan het 'Levenspad palliatieve zorg' (Netwerken palliatieve zorg Twente, z.d.). Onderzoek heeft uitgewezen dat de inzet van aandachtsvelders palliatieve zorg in het ziekenhuis tot aantoonbare verbeteringen in de zorg voor stervenden leidt. (Witkamp et al., 2017).
Aandachtsvelders palliatieve zorg stimuleren de kennisontwikkeling en deskundigheid van hun collega's. Ze delen voortdurend informatie en geven gevraagd en ongevraagd advies. Samen met betrokkenen signaleren ze verbeterpunten en werken zij aan mogelijkheden om de palliatieve zorg voor cliënten en hun naasten te optimaliseren. Zij stimuleren interdisciplinaire samenwerking en benaderen professionals uit het landschap van palliatieve zorg (Engel et al., 2021; Netwerk palliatieve zorg Amsterdam-Diemen, 2022; Netwerken Palliatieve Zorg Noord-Holland Noord en Zaanstreek-Waterland, 2024).
Deze minor
Hogeschool Viaa biedt de minor Palliatieve zorg aan voor hbo-v en social work studenten die zich verder willen ontwikkelen tot aandachtsvelder palliatieve zorg (Zitvast, 2020). In studiejaar 2025-2026 bestaat deze minor uit zeventien lesweken. Naast colleges over diverse onderwerpen is er het groepsonderwijs: Onderzoekend Vermogen, Persoonlijke Ontwikkeling, Palliatief Redeneren, Gespreksvoering, en Zorg voor Zingeving. De minor wordt afgesloten met het symposium minoren en de toetsen: gezamenlijk onderzoeksartikel, individueel reflectieverslag, en eigen portfolio.
*Afhankelijk van de context wordt een aandachtsvelder palliatieve zorg ook wel 'aandachtsfunctionaris palliatieve zorg' genoemd.
Leerdoelen
Algemene leerdoelen
De onderstaande leerdoelen gelden voor alle studenten van de minor Palliatieve zorg, naast de meer specifieke leerdoelen voor verpleegkundigen en sociaal werkers.
De student:
- Verwoordt een eigen visie op palliatieve zorg en de eigen rol van aandachtsvelder hierin, met als doel om de kwaliteit van de palliatieve zorg voor cliënten met een levensbedreigende aandoening en hun naasten te bevorderen en waar nodig te verbeteren;
- Verkent de rol en taken van een aandachtsvelder/-functionaris palliatieve zorg door het inzetten van onderzoekend vermogen en Evidence-Based Practice;
- Bevordert gevraagd en ongevraagd, op formele en informele wijze, de kennisontwikkeling en deskundigheid van collega’s wat betreft palliatieve zorg, door voortdurend kennis te delen en, waar mogelijk, in praktijkgericht onderzoek in de palliatieve zorg te participeren;
- Signaleert en prioriteert samen met betrokkenen - waaronder cliënten, naasten, generalistische zorgverleners en waar nodig specialistische zorgverleners en vrijwilligers - verbeterpunten in de palliatieve zorg en formuleert oplossingsrichtingen om deze punten aan te pakken;
- Ontplooit samen met betrokkenen mogelijkheden in de praktijk om de kwaliteit van de palliatieve zorg voor cliënten en hun naasten te verbeteren;
- Bevordert de aandacht voor de spirituele dimensie van palliatieve zorg, bijvoorbeeld door het toepassen van zingevende gespreksvoering en het inzetten van hulpmiddelen;
- Meet en screent de palliatieve zorgverlening op het individuele niveau van cliënt, naaste, zorgverlener en vrijwilliger, op teamniveau en op organisatieniveau om de kwaliteit van de palliatieve zorg te verbeteren en te borgen;
- Levert een bijdrage aan kwaliteitssystemen binnen de organisatie en is betrokken bij het lokaal toepasbaar maken en uitvoeren van standaarden, richtlijnen, protocollen en zorgtechnologie, signaleert het ontbreken en draagt bij aan de ontwikkeling hiervan binnen de palliatieve zorg;
- Werkt zowel binnen als buiten de eigen organisatie samen met andere beroepsbeoefenaren of instanties en levert proactief een bijdrage aan de kwaliteit en continuïteit van palliatieve zorg;
- Past kennis over interdisciplinaire/interprofessionele samenwerking in de palliatieve zorg toe in de praktijk en bevordert deze samenwerking, waar nodig;
- Verkent het landschap van de palliatieve zorg door het inzetten van onderzoekend vermogen en Evidence-Based Practice;
- Toont persoonlijk en vakinhoudelijk leiderschap in de palliatieve zorg en heeft daarin een voorbeeldfunctie op basis van deskundigheid, motivatie en overtuigingskracht;
- Monitort de eigen ontwikkeling tot aandachtsvelder/-functionaris palliatieve zorg door middel van een persoonlijk ontwikkelingsplan, reflectie en intervisie.
Leerdoelen voor verpleegkundige
Wanneer je als hbo-v student deelneemt aan de minor Palliatieve zorg, dan werk je gedurende de minor ook aan de leerdoelen die zijn beschreven in het Onderwijsraamwerk palliatieve zorg 2.0. Hbo (niveau 6) verpleegkundige (O²PZ, 2021, p. 50-64).
Leerdoelen voor sociaal werker
Wanneer je als social work student deelneemt aan de minor Palliatieve zorg, dan werk je gedurende de minor ook aan de kerntaken, attitudes en competenties die zijn beschreven in de handreiking Hulp bij helpen (Agora, 2012, p. 7-9).
Ingangseisen
Deeltijdstudenten, ook deeltijd-duaal
De minor Palliatieve zorg is toegankelijk voor deeltijdstudenten hbo-v en social work. Voorwaarde voor deelname aan de minor is dat je een werkplek hebt.
Voltijdstudenten, ook voltijd-duaal
Bij voltijd-duale studenten betreft de praktijkplek de eigen werkplek
De minor Palliatieve zorg is toegankelijk voor voltijdstudenten hbo-v en social work. In de minor vinden wij het belangrijk dat studenten datgene wat zij tijdens de lesdag (woensdag) leren, direct kunnen toepassen in de praktijk. Daarom vragen we je op zoek te gaan naar een praktijkplek voor minimaal 16 uren per week, gedurende 16 lesweken van de minor. De praktijkplek betreft vrijwilligerswerk, geen stage. In totaal verricht je minimaal 256 uren vrijwilligerswerk in de palliatieve zorg. Je mag de uren invullen op een manier die voor jou en de organisatie passend is.
Overal zijn mensen met een levensbedreigende aandoening of kwetsbaarheid (Integraal Kankercentrum & Palliactief, 2017). Deze mensen kunnen palliatieve zorg ontvangen in diverse contexten, waaronder thuis, in een hospice, verpleeghuis, verzorgingshuis, instelling, of een ziekenhuis (O²PZ, 2020). Dit betekent dat voltijdstudenten van deze minor in verschillende contexten een praktijkplek kunnen hebben. De praktijkplek hoeft dus niet bij voorbaat een hospice te zijn.
Op de praktijkplek mag je meelopen in de zorg, als dit bijdraagt aan het samen verbeteren van de palliatieve zorg. Bijvoorbeeld om gesprekken met zorgvragers en hun naasten mogelijk te maken. Zorg ervoor dat je niet als een reguliere stagiaire wordt ingezet.
Wanneer je in de thuiszorg een praktijkplek zoekt, zorg dan dat je niet alleen maar op de route wordt gezet, maar ook overstijgende taken/opdrachten mag uitvoeren. Denk bijvoorbeeld aan een dag per lesweek meelopen in de zorg, en een dag per lesweek bezig zijn met het verbeteren van de palliatieve zorg of het organiseren van een scholing. Dit zijn slechts voorbeelden. De precieze invulling kun je bespreken met de begeleider van de betreffende thuiszorgorganisatie.
Wanneer je een bijbaan in de zorg of begeleiding hebt, en je zou deze bijbaan als praktijkplek voor de minor willen inzetten, neem dan via e-mail contact op met de minorcoördinator (c.roorda@viaa.nl). Dit kan alleen als je tijdens je bijbaan in de zorg of begeleiding met palliatieve zorg bezig kunt zijn en de bijbaan aan de eis van minimaal 256 uren tijdens de minor voldoet.
Studenten werken gedurende de minor aan een gezamenlijk onderzoeksartikel, een individueel reflectieverslag en een eigen portfolio. Deze eindproducten worden nagekeken en beoordeeld door docenten van de minor Palliatieve zorg. Begeleiders zijn niet betrokken bij de eindbeoordeling. Wel bieden zij begeleiding op de praktijkplek. Omdat de praktijkplek geen stage is, werken we niet met een drie-partijen-overeenkomst. Voor jou en de organisatie hebben we een twee-partijen-overeenkomst opgesteld om je te helpen verwachtingen t.a.v. de praktijkplek te bespreken met de begeleider vanuit de organisatie. Deze overeenkomst kun je opvragen bij de minorcoördinator (c.roorda@viaa.nl).
De praktijkplek dient geregeld te zijn uiterlijk in de week van 19 t/m 23 jan 2026. Je dient de minorcoördinator via e-mail (c.roorda@viaa.nl) hiervan op de hoogte te stellen. Zonder praktijkplek kun je niet deelnemen aan het onderwijs van deze minor.
Literatuur
Verplichte literatuur
Voor de minor Palliatieve zorg dien je de volgende uitgaven aan te schaffen:
- Bruntink R., & Overman, M. (2020). Ik weet niet wat ik zeggen moet... Bureau MORBidee.
- Oskam, J., Van der Linden, Y., Bruntink, R., & Verkammen, M. (Reds). (2023). In gesprek over het leven en het einde. Patiënten, naasten en zorgverleners over het belang van palliatieve zorg. Uitgeverij de Graaff.
- Vosselman, M., & Van Hout, K. (2022). Zingevende gespreksvoering. Helpen als er geen oplossingen zijn. Boom uitgevers.
Deze uitgaven dienen in je bezit te zijn uiterlijk in de week van 19 t/m 23 januari 2026.
Rooster
Het contactonderwijs van de minor Palliatieve zorg vindt plaats op de woensdag en bestaat uit inhoudelijke colleges en groepsonderwijs. Je dient de woensdag hiervoor vrij te houden. Plan werk/afspraken daarom op andere dagen dan de woensdag!
Lesonderdelen
- Inhoudelijke colleges
- Groepsonderwijs: Onderzoekend Vermogen
- Groepsonderwijs: Persoonlijke Ontwikkeling
- Groepsonderwijs: Palliatief Redeneren
- Groepsonderwijs: Gespreksvoering
- Groepsonderwijs: Zorg voor Zingeving
- Zelfstudie: Landschap van palliatieve zorg
Toetsing
De eindproducten van de minor Palliatieve zorg betreffen een gezamenlijk onderzoeksartikel, een individueel reflectieverslag en een eigen portfolio.
Onderzoeksartikel, inclusief zoekplan en posterpresentatie
Je schrijft in een interdisciplinaire groep een gezamenlijk onderzoeksartikel naar aanleiding van jullie verbeterproject over een onderwerp uit de palliatieve zorg. Dit artikel bevat de inhoudelijke onderdelen uit bijgaand beoordelingsformulier. Inclusief de resultaten van verhalend onderzoek vanuit het perspectief van zorgvragers, naasten en zorgverleners, aangevuld met wetenschappelijk bewijs uit literatuuronderzoek. Daarnaast maak je een gezamenlijke posterpresentatie voor het afsluitend symposium in week 17 van de minor Palliatieve zorg. In de lessen 'Onderzoekend Vermogen' werken we stapsgewijs toe naar concepten van het onderzoeksartikel en de poster.
Reflectieverslag
In het reflectieverslag beschrijf je een betekenisvolle situatie in de palliatieve zorg. Je beschrijft hoe je zelfzorg heb toegepast bij betekenisvolle situaties in de palliatieve zorg. Je reflecteert op leerwinsten die je hebt opgedaan bij intervisiebijeenkomsten. Daarnaast reflecteer je op persoonlijke leerdoelen, inclusief een leerdoel in de rol van aandachtsvelder of -functionaris palliatieve zorg. Je formuleert nieuwe leerdoelen voor het vervolg. In dit reflectieverslag verwoordt je een eigen visie op palliatieve zorg, en de rol van de aandachtsvelder of -functionaris hierin. Tenslotte reflecteer je op eigen leiderschap en zeggenschap in de palliatieve zorg.
Portfolio
Uitwerkingen van colleges, het groepsonderwijs 'Palliatief Redeneren', 'Gespreksvoering' en 'Zorg voor Zingeving', en jouw zelfstudie over het landschap van de palliatieve zorg plaats je in je eigen portfolio. Maak van het portfolio een persoonlijk naslagwerk dat jij - na afronding van de minor Palliatieve zorg - kunt blijven gebruiken. Het portfolio maak je dus allereerst voor jezelf!
Aanvullende informatie
Voor meer informatie kun je contact opnemen met de coördinator van de minor Palliatieve zorg, Carriene Roorda (c.roorda@viaa.nl).