Kies op maat

Inloggen Menu

Ondernemen (deeltijd)

De ondernemende student krijgt volop de kans zijn/haar ambities ten aanzien van de onderneming of het ondernemingsidee (verder) vorm te geven en uit te werken voor de komende jaren. Eveneens werkt de student aan zichzelf als (toekomstig) ondernemer. Door bewust het contact met (potentiële) klanten, leveranciers, samenwerkingspartners en andere ondernemers op te zoeken, gaat de student de ondernemer in zichzelf verder ontwikkelen. Al met al: door deze minor te volgen word je een betere ondernemer, een ondernemer die toekomstbestendige keuzes kan maken.

De minor ondernemen in deeltijd is bedoeld voor iedereen met een eigen bedrijf of voor diegene die een bedrijf wil starten. Deze minor bestaat uit twee delen, te weten een actiegericht deel en een analytisch deel.

 

Het actiegerichte deel stimuleert de studenten daadwerkelijk op pad te gaan, zodanig dat proefondervindelijk het ondernemingsidee of de onderneming verder wordt ontwikkeld. Door een persoonlijkheidstest en coaching on-the-job komt de student tot betere inzichten in zijn/haar rol als ondernemer. De ondernemende houding wordt geactiveerd door o.a. het opstellen (en nastreven) van een verkoopdoelstelling. Door continue in dialoog te gaan met de omgeving leren de studenten door te doen.

In het analytische deel ligt het accent op het werken aan een realistisch groeiplan of businessplan. Aan de hand van  verschillende (veld-) onderzoeken wordt het potentieel van de onderneming of het ondernemingsidee getoetst. De uitkomsten van deze onderzoeken leiden tot het schetsen en uitwerken van een (uitvoerbaar) businessmodel.

Leerdoelen

  • Resultaatgericht handelen: de student toont verantwoordelijkheid en doorzettingsvermogen en neemt besluiten om de beoogde resultaten te bereiken. De student past zich daarbij gemakkelijk aan veranderende omstandigheden aan en durft risico’s te nemen.
  • Lerend vermogen: de student ontwikkelt zichzelf persoonlijk en professioneel door visie, reflectie en feedback.
  • Innoveren: de student initieert nieuwe ideeën, realiseert op creatieve wijze vernieuwingen en benut daarbij de mogelijkheden op het gebied van technologie.
  • Waardecreatie: de student creëert duurzame en commerciële waarde gericht op de wensen en behoeften van klanten en overige stakeholders. Hij doet dat op basis van ontwikkelingen in de (inter-) nationale omgeving.
  • Managen & Organiseren: de student geeft vorm en inhoud aan de bedrijfsvoering en zet hierbij de klant centraal.

Voor beide delen geldt de competentie:

  • Communicatie: de student communiceert overtuigend en benut op effectieve wijze diverse communicatiemiddelen afgestemd op de doelgroep.

Ingangseisen

Om deel te kunnen nemen zijn drie ingangseisen van toepassing:

  1. De student staat ingeschreven als duale- of deeltijdstudent.
  2. De propedeuse moet zijn behaald (als dat niet zo is moet de opleiding akkoord geven).

De student is minimaal 2 dagen in de week aan het werk op een relevante werkplek (een plek van waaruit ondernemerschap kan ontstaan) of binnen het eigen bedrijf.

Rooster

Je komt gedurende het semester een dag in de week naar de hogeschool toe. In principe is dat de vrijdag, echter bij voldoende belangstelling kan er ook voor een andere dag worden gekozen

Toetsing

De toetsing van het actiegerichte deel bestaat uit:
1. Logboeken over het ontwikkelproces van ondernemer    en diens onderneming(sidee). Dit telt voor 33% (10 EC) mee in het eindcijfer.
2. Prototype, pitch en dialoog over het resultaat van het ontwikkelproces. Dit telt voor 17% (5 EC) mee in het eindcijfer.

De toetsing van het analytische deel bestaat uit:
1. Schrijven van een (uitvoerbaar) groeiplan of businessplan.
Dit deel telt voor 33% (10 EC) mee in het eindcijfer.
2. Eindpresentatie en eindgesprek over het groeiplan of businessplan.
Dit deel telt voor 17% (5 EC) mee in het eindcijfer.

De vier onderdelen moeten met minimaal een 5.5 worden afgerond. Mochten deze onderdelen onverhoopt onvoldoende zijn dan krijgt de student na uiterlijk tien lesweken een tweede gelegenheid aangeboden. Bij onvoldoende afronding na de herkansingsperiode geldt dat de student zich opnieuw voor de minor moet inschrijven. In totaal kunnen 30 studiepunten worden behaald.