Digital Ethics (15 EC)
Moderne digitale technologie zoals kunstmatige intelligentie (AI), sensortechnologie, robotica of drones zullen de manier waarop we informatie verspreiden, kennis vergaren en beslissingen nemen radicaal veranderen. Dit roept nieuwe morele en maatschappelijke vraagstukken op. Digitale technologie bevordert bijvoorbeeld de verspreiding van kennis maar helpt ook, via digitale surveillance, om data-macht te concentreren in handen van de staat en de Big Tech-industrie. Technologie is een hulpmiddel om invulling te geven aan waarden die we belangrijk vinden zoals veiligheid, gebruiksgemak of efficiency. We gebruiken bijvoorbeeld ‘toezicht op afstand’-technologie om in uitgaansgebieden overlast te signaleren zodat de politie snel kan ingrijpen. In de gehandicaptenzorg bieden we kinderen met epilepsie via camera’s en sensoren ’s nachts een veilige slaapplek. Soms moet je lastige keuzes maken: wiens veiligheid is bij een zelfsturende auto belangrijker? Die van de inzittenden of van buiten spelende kinderen? In een dergelijk geval ontstaat er een waardenconflict dat kan uitmonden in een complex moreel probleem.
Digitale technologie is dus meer dan een neutraal hulpmiddel: technologie stuurt ook ons gedrag en denken en daarmee onze moraal. Iedereen zal het herkennen: op het moment dat je een camera ziet, ga je je – of je nu wilt of niet – net even iets anders gedragen. Je wordt ook anders bejegend; toezicht op afstand-technologie ‘vertaalt’ bezoekers van uitgaansgebieden tot potentiële overlastgevers. In de gezondheidszorg worden kinderen ‘in de gaten gehouden’. Hieraan kleven allerlei risico’s op het gebied van bijvoorbeeld privacy, autonomie, vrijheid, gelijkwaardigheid of rechtvaardigheid.
Kortom, met technologie geven wij de samenleving vorm maar technologie geeft op zijn beurt mede vorm aan hoe wij de wereld zien, hoe we met elkaar omgaan en wat we belangrijk vinden. Daarover gaat het als je het hebt over digital ethics. Naarmate steeds meer aspecten van onze beroepspraktijk en de samenleving in het algemeen worden gedigitaliseerd neemt het belang toe van een kritische reflectie op de ethische vraagstukken die worden opgeworpen door digitalisering en een juiste (verantwoordelijke) omgang hiermee. Dit doet belangrijk beroep op de (morele) kennis en vaardigheden van een professional. Hoe zit een bepaald digitaal moreel probleem precies in elkaar, welke stakeholders zijn erbij betrokken, welke handelingsopties kunnen worden toegepast om tot een oplossing ervan te komen? En vooral ook: welke oplossing is uiteindelijk moreel acceptabel?
In deze minor ga je, in onderling overleg, aan de slag met een zelfgekozen beroepsmatig of maatschappelijk ICT gerelateerd moreel vraagstuk waar je onderzoek naar gaat doen. Je kan er ook voor kiezen om een opdracht uit te voeren voor een echte opdrachtgever . Dat kan een gemeente zijn, een consultancy firma of bijvoorbeeld een organisatie binnen de media sector.
Een paar voorbeelden:
- Is het gebruik van gezichtsherkenning mbv slimme camera’s in de openbare ruimte om de veiligheid te vergroten wel altijd moreel te rechtvaardigen? Zijn er geen betere alternatieven om de sociale veiligheid binnen stadswijken zoals bijvoorbeeld Transvaal of de Schilderswijk te vergroten?
- Met behulp van artificial intelligence zijn we steeds beter in staat om allerlei (afwijkende) vormen van gedrag te voorspellen en te beïnvloeden. Is dat eigenlijk wel altijd moreel acceptabel, welke ethische risico’s kunnen er optreden en waar ligt daarbij de grens?
- Wat kunnen de ethische risico’s zijn van track & tracing met behulp van sensornetwerken en GPS waarbij mensen binnen allerlei beroepen (bijvoorbeeld de logistiek of foodies) of bezoekers van steden real time kunnen worden gevolgd ? En welke oplossingen kunnen worden gevonden om deze risico’s (bijvoorbeeld op het gebied van privacy of autonomie) te reduceren?
- Mogen sociale mediaplatformen op grote schaal fakenews verspreiden? Is hier sprake van de vrijheid van meningsuiting of moet dit vanwege de grote sociale impact verboden worden? Waar ligt hierbij de morele grens, wat is eigenlijk de ‘waarheid’ en wie bepaald die?
- Mens en (slimme) technologie versmelten steeds meer met elkaar. Maar welke morele risico’s liggen hierbij op de loer met betrekking tot bijvoorbeeld gelijkwaardigheid, privacy of authenticiteit? Welke ethische veiligheidspallen kunnen we inbouwen om die waarden te beschermen?
- Is het moreel acceptabel om slimme machines zoals aanvalsdrones of operatierobots te voorzien van ingebouwde moraliteit en zo ja kunnen we dan verantwoordelijkheid volledig aan ze overdragen? Zijn ze dan uiteindelijk beter dan mensen in staat om ingrijpende ethische beslissingen te nemen?
- Steeds meer vormen van dienstverlening wordt gedigitaliseerd en verdwijnen achter schermen. Snelheid en gebruiksgemak worden beloofd. Maar welke groepen worden erdoor buitengesloten? Is dat moreel rechtvaardig? Wat kunnen we hier ethisch gezien aan doen?
- In toenemende mate gebruiken allerlei overheidsinstanties maar ook bijvoorbeeld financiële instellingen en banken onze unieke biometrische gegevens om ons te kunnen identificeren of ons gedrag te kunnen volgen. Welke morele dreigingen kleven daaraan? Wie controleert die instanties of instellingen? Wie is er verantwoordelijk?
Voor het schrijven van het onderzoeksverslag maak je gebruik van literatuuronderzoek, aangevuld met expert interviews of onderzoek naar best practices binnen bijvoorbeeld organisaties of gemeentes. Naar aanleiding van je onderzoek draag je een goed onderbouwde oplossing aan voor het morele probleem.
Tijdens de hoorcolleges brengen we een theoretische basis aan op het gebied van moderne techniekfilosofie en digitale ethiek. We behandelen daarin relevante maatschappelijke thema’s op bovengenoemde gebieden en besteden aandacht aan het gedachtegoed van hedendaagse denkers op het gebied van digitale ethiek.
Tijdens de werkcolleges word je stap voor stap begeleid bij het hele traject; het kiezen van een concreet probleemvraagstuk (casus); verkennen van het onderwerp op het gebied van ‘digital ethics’, het onderzoek zelf en het kunnen toepassen van ethische principes. Daarnaast word je tijdens de werkcolleges getraind in het hanteren van de ethische cyclus, een tool waarmee je een complex moreel probleem structureel kan analyseren en methodisch kan oplossen.
Het doel van deze minor is om studenten ethische principes, skills en handvatten aan te reiken waardoor deze zelfstandig kunnen reflecteren op digitale morele problemen en deze ook, aan de hand van een zelfverkozen casus, methodisch kunnen onderzoeken en oplossen.
Leerdoelen
Student is in staat:
- Een toegepast (praktijk) wetenschappelijk onderzoek uit te voeren naar een professioneel of maatschappelijk, digital ethics-gerelateerd probleemvraagstuk.
- Meerdere invalshoeken op het gebied van digital ethics die spelen bij een concreet ict-gerelateerd vraagstuk te illustreren met behulp van data die de student zelf heeft verzameld.
- Uit te leggen wat digital ethics inhoudt en hierbij opvattingen van diverse denkers die tijdens de lessen zijn behandeld op correcte wijze weer te geven.
- Met behulp van ethische principes en tooling (ethische cyclus) een professioneel of maatschappelijk, digital ethics-gerelateerd probleemvraagstuk te analyseren, hierop te reflecteren, handelingsopties te beredeneren en een moreel aanvaarbare oplossing te beargumenteren.
- Op basis van literatuuronderzoek naar digital ethics een eigen visie op de moreel/ethische of maatschappelijk dimensie van zijn toekomstige beroep te beargumenteren.
Ingangseisen
Je bent in het 3e of 4e jaar van je opleiding. Bij uitzondering kan je een gesprek aanvragen. Daarnaast wordt van studenten gevraagd: filosofische nieuwsgierigheid en doorzettingsvermogen.
Literatuur
Reader met artikelen.
Sheets.
Rooster
15 ects, verdeeld over 10 lesweken.
- Werkcolleges, hoorcolleges, (digitale) spreekuren en gastsprekers: 106 uur
- Verkenning en plan van aanpak: 30 uur
- Onderzoek (inclusief verslag): 162 uur
- Studie examen: 90 uur
- Presentatie & opzet verdediging onderzoeksverslag: 10 uur
- Overige (instructie onderzoekvaardigheden, training argumentatie skills): 22 uur.
Contacturen per week:
Ten minste 1 x 3 uur workshop en 1x een hoorcolleges per week; en een eindassessment.
Toetsing
Portfolio:
* Onderdeel I
Onderzoeksverslag naar een ICT gerelateerd moreel probleem* (weging: 50%)
* Onderdeel II
Schriftelijke toets over kennis rondom digital ethics (weging: 50%)
Het onderzoeksverslag met oplossing betreft een groepsproduct. Na inlevering en beoordeling van dit verslag volgt een assessment. De uitkomst van het assessment kan het groepscijfer v/h verslag per individuele student met max 1 punt toevoeging of max.1 punt aftrek positief dan wel negatief beïnvloeden. Dit is afhankelijk van de kwaliteit van de beantwoording van de door de examinatoren gestelde vragen aan de student.
De schriftelijke toets heeft betrekking op de theorie inzake digitale ethiek zoals die tijdens de hoorcolleges aan bod kwam en de inhoud van de artikelen en het boek. Het betreft een open-vragen toets (max. 100 pnt).
De student komt in aanmerking voor alle studiepunten wanneer het gewogen gemiddelde van onderdeel I én het cijfer voor onderdeel II hoger is dan een 5,5 en geen van beide toetsen lager is dan een 5.
Aanwezigheid van 80% is verplicht bij de werkcolleges en hoorcolleges.
Groepsproduct (groep bestaat uit drie studenten).
Aanvullende informatie
Diverse lectoraten, overheidsinstellingen, bedrijfsleven
Locatie: Den Haag, hoofdlocatie van de Haagse Hogeschool