Het doel is om studenten in een semester alle ins en outs op facilitair gebied bij te brengen. Dat gebeurt middels het aanbieden van allerhande modellen en theorieën, die vervolgens in de praktijk getest en uitgewerkt worden.

De minor toegepaste facility management bestaat uit drie onderdelen:

1. Risico- en crisismanagement
2. Innovatief serviceconcept
3. Huisvestingsmanagement

1. Risico- en crisismanagement

Het doel van Business Continuity Management (BCM) is om organisaties te verzekeren dat ze grote incidenten kunnen overleven. Waar risicomanagement (RM) zich richt op het voorkomen en beheersen van risico's, toont BCM zijn meerwaarde vooraf, tijdens en na een crisis. Continuïteit in het leveren van producten en diensten aan de klanten is van groot belang. Het is duidelijk dat in een wereld zonder grenzen, waarin organisaties functioneren in een voortdurend veranderende, complexe en kwetsbare omgeving, BCM van het grootste belang is geworden. 

Het is de dagelijkse taak van een Facility Manager om een vlekkeloos proces van de corebusiness te garanderen, daarom zijn risico-, crisismanagement en BCM een belangrijk onderdeel binnen het FM-werkveld. De kapstok van deze module is dus Business Continuity management.

Aan de hand van oefenen met verschillende methoden en technieken worden de fasen van BCM doorlopen. Dit leidt tot de volgende onderzoeksresultaten: een stakeholderanalyse, risico-identificatie, -analyse, -evaluatie en een crisiscommunicatieplan. Er is specifieke aandacht voor risico’s in zowel huisvestings- als dienstverleningsprocessen.

2. Innovatief serviceconcept
In dit onderdeel maak je kennis met vele facetten van dienstverlening. We staan stil bij de kenmerken van dienstverlening, maken kennis met serviceconcepten en we besteden ruim aandacht aan het onderwerp capaciteitsmanagement. Gedegen kennis over dienstverlening is essentieel voor de hedendaagse facility manager. Ten eerste omdat facility management bij uitstek een dienstverlenende discipline is. Ten tweede omdat het overgrote deel van de opdrachtgevers, klanten en werkgevers waar een facility manager voor werkt, zelf ook dienstverlener is.  

3. Huisvestingsmanagement
Facility professionals dragen bij aan een duurzame inrichting van de (gebouwde, virtuele) omgeving die de effectiviteit van organisaties ondersteunt en bevordert en die door mensen als aantrekkelijk en efficiënt wordt ervaren. Ze hebben kennis van processen van toekomstbestendig (ver)bouwen, her bestemmen, verwerven of afstoten van vastgoed (huur, koop en locatiebepaling) voor tijdelijke en blijvende objecten. Ook leveren ze een belangrijke bijdrage aan werkbeleving (service experience) in organisaties. Ze weten hoe je een werkomgeving creëert die past bij de strategie en bij de identiteit van de organisatie en die toekomstbestendig is. 

Facility professionals ontwikkelen op basis van hun expertise innovatieve diensten en voorzieningen. Ze maken hierbij afwegingen over de passende aansluiting van ruimtelijke voorzieningen, technologische voorzieningen en diensten op de vraag, de beleving en het welzijn van mensen (de verschillende stakeholders) van organisaties. Ze nemen factoren als productiviteit en optimale samenwerking, gebruikerstevredenheid en gastvrijheidsbeleving mee in hun afwegingen bij de inzet van facilitaire diensten en voorzieningen en de inrichting van processen. 

De minor is op NLQF6.

De competenties sluiten aan bij de volgende onderdelen uit het LOP van Facility Management: Operations Management, Organisational behaviour, Professioneel Vakmanschap, Onderzoekend Vermogen, Management Information Systems, Strategic Management, Finance, Nederlandse taal en Engelse taal uit het Landelijk Opleidingsprofiel Facility Management/HEO.

Voor de uitvoering van de beroepsproducten die gekoppeld zijn aan deze minor is het noodzakelijk dat de student werkzaam is op startend hbo-niveau in een organisatie en facilitaire taken uit kan voeren. Deze organisatie dient een grootte van minimaal 5fte te hebben en toegang te verstrekken tot resources (documenten, interviews). Na aanmelding bij de minor vindt een telefonische intake plaats om de werkplek te bespreken. Indien deze goedgekeurd wordt, kan de student deelnemen aan de minor.

Sterling, S. (2012). Business Continuity for Dummies, John Wiley & Sons Inc., ISBN: 9781118326831

Van Looy, Gemmel en Dierdonck, Service management, an integrated approach (2013, derde druk), Uitgever: Prentice Hall.

Hoendevanger J.G., Voort T., Wijnja J. Huisvestingsmanagement van strategie tot exploitatie. 2e herziene verzie. Noordhoff Uitgevers.

Verder worden er publicaties aangeboden via Brightspace.

Periode van uitvoering: semester 2, 2025

Inroostering: bijeenkomsten zijn iedere vrijdag van 9.30 tot 16.30 uur

Deze minor rond je af met een integraal facilitair beleidsplan of drie afzonderlijk aan te leveren beroepsproducten.

Minimumeis voor slaging: 6. Bij  drie afzonderlijke beroepsproducten wegen alle onderdelen even zwaar.

Er gelden aanbevolen inlevermomenten, maar daarbuiten kan de student ook de beroepsproducten inleveren voor beoordeling. De student heeft twee kansen per studiejaar. De minor is onderdeel van een flexibele opleiding.

Deze minor is praktijkgericht (zie kwalitatieve eis) en sluit aan bij de SDG’s kwaliteitsonderwijs, eerlijk werk en economische groei, verantwoorde consumptie en productie en klimaatactie