Kies op maat

Inloggen Menu

Jeugd- en gezinsprofessional

Kinderen en jongeren moeten alle kansen krijgen om veilig te kunnen opgroeien. Dat is de kern van jeugdzorg. In de minor Jeugd- en Gezinsprofessional leer jij hoe je kinderen en jongeren de kans geeft om zich te ontwikkelen. Je gaat gedrag onderzoeken en leert over gezinsgericht werken. Ook kom je meer te weten over jeugdrecht en veiligheid.

Wanneer gaat het niet goed met een kind of jongere? Wat is afwijkend gedrag? In deze minor leer je over veelvoorkomende problemen onder jeugdigen, zoals eet- en angststoornissen en agressie. Als praktijkopdracht ga je afwijkend gedrag van een kind of jongere in jouw omgeving in kaart brengen. Je kunt het gedrag observeren, een vragenlijst gebruiken of in gesprek gaan met de jongere en zijn ouders of leerkracht. Vervolgens geef jij voor de jongere en zijn omgeving concrete adviezen. Ook krijgen jij en je medestudenten een casus over een gezin met een kind met gedragsproblemen. Samen schrijven jullie als begeleiding bij de opvoeding een handboek met interventies die het gezin verder helpen. En je gaat meekijken in een jeugdzorgorganisatie. Daar zie je hoe diverse hulpverleners met elkaar samenwerken en hoe casusregie in de praktijk wordt toegepast.

Drie docenten geven de lessen en begeleiden jou bij je opdrachten. Je krijgt gastlessen van jeugdbeschermers van het Leger des Heils, een kinderpsycholoog, een medewerker van de Raad voor de Kinderbescherming en van een expert op het gebied van regelgeving. Verder ga je in Antwerpen een week samenwerken met studenten, fysiotherapeuten. logopedisten, social workers en andere professionals uit de gezondheids- en jeugdzorg.

 

Met de minor Jeugd- en Gezinsprofessional draag jij bij aan deze Sustainable Development Goals:

  • SDG 1: Passende hulpverlening bieden als armoede een gezonde ontwikkeling in de weg staat.
  • SDG 3: Zorgen dat kinderen en jongeren veilig zijn en zich kunnen ontwikkelen.

Leerdoelen

  • Je kunt afwijkend gedrag en een afwijkende ontwikkeling van kinderen en jongeren signaleren.
  • Je kunt verklaren welke factoren de ontwikkeling beïnvloeden en weet hoe je begeleiding kunt bieden.
  • Je signaleert wanneer ouders/opvoeders hun kinderen niet kunnen ondersteunen bij hun ontwikkeling geeft adviezen om met afwijkend gedrag om te gaan.
  • In complexe situaties voer je interventies uit om de jeugdige en het gezin in hun omgang te ondersteunen.
  • Je kunt processen, werkwijzen en expertises op elkaar afstemmen.

Ingangseisen

Deze minor is toegankelijk voor studenten van alle opleidingen van alle hogescholen. De minor is in het bijzonder interessant voor studenten Leraar Basisonderwijs, Tweedegraads Lerarenopleiding, Verpleegkunde, Sportkunde en Social Work.

Je moet de propedeuse hebben behaald en 30 studiepunten in de hoofdfase.

Als student Social Work kun je na deze minor een nascholingstraject doen van 15 studiepunten voor een SKJ-aantekening. Met die aantekening kun je je inschrijven in het beroepsregister voor professionals in de jeugdsector.

Het is mogelijk om deze minor in deeltijd te volgen. In overleg kun je het volledige programma volgen of op een andere wijze de leeruitkomsten behalen.

Literatuur

  • Rigter, J. & Hintum, M. van (2015). Ontwikkelingspsychopathologie bij kinderen en jeugdigen. Bussum: Uitgeverij Coutinho. ISBN: 978 90469 0494 7
  • Bolt, A. (2017). Het gezin centraal. Amsterdam: Uitgeverij SWP. ISBN: 978 90885 0659 8
  • Sepmeijer-Schmahl. & D Sepmeijer, M. (2021). Recht voor de sociaal professional Amsterdam: Boom uitgevers. ISBN9789024437405

Rooster

  • Maandag en woensdag les op de HZ. Als voorbereiding op de lessen bekijk je onder andere documentaires over eetstoornissen, angststoornissen en agressie.
  • De andere dagen besteed je aan zelfstudie, praktijkopdrachten en groepsoverleg.

Toetsing

  • Portfolio (40%). Jij beschrijft in een portfolio wat je hebt geleerd en hoe jij dat toepast in de praktijk, en of jij je persoonlijke doelen hebt behaald. Verder reflecteer je op de gastlessen en schrijf je jouw eigen pedagogische visie.
  • Assessment (50%). Als je voor je portfolio ‘voldoende’ hebt, mag je deelnemen aan het mondelinge assessment. Je beantwoordt vragen over je portfolio en de visie die je hebt ontwikkeld. Je beschrijft jouw kwaliteiten en leerpunten.
  • Portfolio IPSIG (10%). Je maakt een verslag van de week waarin je hebt samengewerkt met studenten en professionals uit diverse disciplines.

Aanvullende informatie

De HZ heeft opleidingen in Vlissingen en in Middelburg. Er studeren studenten van over de hele wereld. Wij vinden we het belangrijk dat jij het beste uit jezelf haalt en jouw talenten goed kunt ontwikkelen. Op de HZ sta jij centraal.

Heb je nog vragen? Of wil je bespreken of deze minor bij jou past? We helpen je graag. Je kunt contact opnemen met Jessica Pattipeiluhu via j.pattipeiluhu@hz.nl.