Kies op maat

Inloggen Menu

Circular low carbon built environments

In deze minor wordt gewerkt aan een ‘challenge’ vanuit het brede veld van de built environment: maatschappelijk vraagstukken ingebed in de transitie van een woonwijk naar een circulaire leefomgeving. Studenten formuleren zelf op basis van de challenge een ontwerpopdracht, een circulaire interventie in de woonwijk, waar ze aan gaan werken, in overleg met de groep en met de begeleiders. Hierdoor kan de student zichzelf profileren en de gewenste competenties opbouwen.

De minor ‘Circular low carbon built environment’ wordt ingebed in de Urban Living Labs (ULL) en de Demolabs (DL) van het lectoraat Smart Urban Re-design (SURD). De ULL omvat een stedelijke omgeving als projectgebied – een buurt, een wijk, een stadscentrum, of een bedrijventerrein. In de ULLs staat de revitalisatie naar een circulaire, energie neutrale en vitale gebouwde omgeving centraal. De studenten vormen groepen (van 4-5 studenten) die zich organiseren als interdisciplinair consortium waarbij de verschillende beroepsprofielen zijn vertegenwoordigd (afhankelijk van de deelname). Geïnformeerd door de betrokken docenten en werkveld in de ULL en DL definiëren de projectgroepen een opdracht om te komen tot een circulaire interventie dat is verbonden aan een bouwkundig of civieltechnisch object/ gebied/ proces.

De minoropdracht wordt uitgewerkt aan de hand van een vooraf gedefinieerde ontwerpcyclus (design science benadering) bestaande uit:

  1. a) het ontwikkelen van een plan van aanpak voor het ontwikkelen van de ontwerp interventie;
  2. b) een analyse van de huidige situatie als nulmeting en het vaststellen van het programma van eisen;
  3. c) variantenstudie met mogelijke verbeterscenario’s;
  4. d) uitwerking van meest kansrijke variant, en;
  5. e) toetsen van het uitgewerkte product a.d.h.v. een vergelijk met de nulmeting.

De inhoud van de minoropdracht is gekoppeld aan de volgende didactische opzet:

De minor CIRC sluit aan bij het Klimaatakkoord van Parijs, de doorvertaling naar het nationale Klimaatakkoord (Gebouwde omgeving | Klimaatakkoord) en de noodzakelijke transitie naar een circulair gebouwde omgeving. Deze maatschappelijk transitieopgave zorgt voor de nodige uitdagingen en kunnen worden doorvertaald naar wijkgebonden ‘challenges’ om een circulaire leefomgeving te bewerkstelligen. In de minor maken we daarom gebruik van het didactische model van ‘Challenge Based Learning (CBL)’ om studenten op te leiden tot ‘ingenieurs van de toekomst’ die een actieve bijdrage kunnen leveren aan de circulaire transitie. Voor de vertaling van CBL naar de minor hebben we een aantal challenges ontwikkeld voor een nader te noemen woonwijk in samenspraak met woningcorporatie Woonpunt. Voor deze challenges ontwerpen studenten in projectteams oplossingen, of beter interventies. En om studenten daarin te begeleiden hebben we het blok in een aantal voorgeprogrammeerde fases opgedeeld om op gestructureerde ‘extended design sprint’ binnen een periode van 9 blokweken naar een oplossing toe te werken. Elke fase wordt afgesloten met een formatieve toets, a.d.h.v. een vooraf vastgestelde toetsmatrijs, om de voortgang te monitoren. Het eindwerk wordt middels een summatieve holistisch toets beoordeeld op de kwaliteit van het product, process en presentatie.

Het leer- en ontwikkelproces van de student dat de student doormaakt kan als volgt worden beschreven:

  • Leren door samenwerken (“learning by cooperation”)

De studenten werken gezamenlijk aan een integrale ontwerp interventie (groepsproduct) waarin de individuelen beroepsproducten een integraal onderdeel vormen. Aan de hand van intensief groepswerk en een proces van “learning bij cooperation” worden een aantal deelproducten opgeleverd. Voor het ontwerp van de energetische en/of circulaire interventie wordt gestart met het opzetten van een richtinggevend plan van aanpak. Aansluitend wordt een gezamenlijke integrale probleemanalyse uitgewerkt. De probleemanalyse is gestoeld op vaardigheden die voor alle studenten relevant zijn om tot een analytische en onderzoekende houding te komen. In dit onderdeel wordt op basis van een oorzaak-gevolg benadering de energetische en/of circulaire vraagstuk nader in kaart gebracht voor het projectgebied. Aansluitend wordt in kaart gebracht welke bronnen m.b.t. materialen, energie en sociaaleconomisch kapitaal kunnen worden aangesproken voor het circulair ontwerpen van een interventie in het projectgebied. De resultaten van de probleemanalyse vormen de nulmeting en geven richting aan het programma van eisen voor het ontwerp van de energetische en/of circulaire interventie. Een belangrijk onderdeel van het integrale eindproduct is de toetsing van het ontwerp aan het programma van eisen waarmee de relatieve energetische en/of circulaire prestatieverbetering t.o.v. de nul-situatie in kaart wordt gebracht.

Voorbeelden beroepsproducten: Probleemanalyse, plan van aanpak, literatuurstudie, dataverzameling, uitwerken gezamenlijk eindproduct (gebieds- of gebouwtransformatie).

  • Leren van anderen (learning from others)

De minoropdracht wordt uitgewerkt in een community of practice dat nadrukkelijk “learning from others” faciliteert. Dit bestaat uit training, coaching en begeleiding van ontwerp en rekenmethodieken om te komen tot energie neutrale en circulaire interventies. De variantenstudie vormt daarbij een belangrijk deelproduct waarbij a.d.h.v. een divergerend-convergerend ontwerpproces diverse varianten worden ontwikkeld en waaruit na consultatie van de betrokken een voorkeursvariant wordt geselecteerd voor verdere uitwerking. Referentieprojecten en literatuurstudie van vergelijkbare projecten vormen hierbij een belangrijke basis. De student maakt een grondige studie van deze voorbeelden en projecten op basis van meerdere bronnen. De student analyseert de technieken die zijn toegepast en bepaalt hoe de doelstelling van het project daarmee is gerealiseerd. Bovendien leren de studenten zo bronnen te zoeken en te verwerken: niet alleen literatuur en archieven maar ook het bevragen en observeren van experts, gebruikers en andere stakeholders.

  • Leren door te doen (learning by doing) ontwikkelen van een individueel beroepsproduct.

Passend bij de probleemanalyse van het groepsproduct ontwikkelen de studenten een individueel beroepsproduct met de integrale energetische en/of circulaire interventie als uitgangspunt.  De individuele beroepsproducten van de leden van de projectgroep maken integraal deel uit van het groepsproduct. Een belangrijk onderdeel van het individuele eindproduct is de toetsing van het ontwerp aan het programma van eisen waarmee de relatieve energetische en/of circulaire prestatieverbetering t.o.v. de nul-situatie in kaart wordt gebracht.

Voorbeelden beroepsproducten: Probleemanalyse, plan van aanpak, literatuurstudie, dataverzameling, uitwerken individueel eindproduct zoals bijvoorbeeld een bouwtechnische uitwerking van een gebouw of gebouwdeel; constructieve toets van circulaire materialen in een gebouw; ontwerp van een circulair renovatieconcept, ontwerp van een circulair gebouw; energievisie met berekeningen voor een energieleverende wijk; participatieplan voor een inclusieve transformatie naar een circulaire en energieleverende wijk; ontwerp en uitwerking van een circulaire rotonde of ander civiel bouwwerk; onderzoek naar een circulaire bouwplaats; Herstructureringsplan; etc.

De minoropdracht, en bijbehorende deelproducten, worden gecoacht, begeleid en beoordeeld door de community “Circular low carbon built environments”, bestaande uit onderzoekers, coaches, inhoudsdeskundigen en/of partners uit het werkveld.

Leerdoelen

Studenten die deelnemen aan deze minor ontwikkelen onderzoeks- en ontwerpvaardigheden die bijdragen aan de transitie naar een circulaire  low-carbon gebouwde omgeving. Na afloop van de minor kan de student:

  • Definiëren wanneer een gebied, bouwkundig of civieltechnisch object of onderdeel daarvan als energieleverend en circulair mag worden beschouwd en/ of kan bijdragen aan de transitie naar een energieleverende circulaire gebouwde omgeving;
  • Een gebied, bouwkundig of civieltechnisch object of onderdeel daarvan analyseren en beoordelen op de energetische en/of circulaire prestatie in het kader van een nulmeting;
  • Ontwerpen verbetervoorstellen a.d.h.v. variantenstudie; deze kunnen sociaal, organisatorisch, ontwerp, of technisch van aard zijn;
  • Uitwerken van geselecteerde variant naar een ontwerp, deze kunnen sociaal, organisatorisch, ontwerp, of technisch van aard zijn;
  • Toetsen van het uitgewerkte ontwerp a.d.h.v. een vergelijk met de nulmeting (evidence based);
  • De resultaten van het verbetervoorstel presenteren aan de hand van de impact op de transitie naar een energieleverende circulaire gebouwde omgeving.

Studenten werken in deze minor aan de competenties ‘onderzoeken’ en ‘ontwerpen’ zoals gedefinieerd in het Domeinprofiel Built Environment. De student kan een keuze maken om te werken met aanvullende, zelf vast te stellen competenties onder begeleiding en ter goedkeuring van de betrokken docent.

Ingangseisen

Je hebt binnen de opleiding BBE al ervaring opgedaan met het analyseren op gebieds en/of gebouwniveau. Je hebt ervaring met het werken in projectgroepen gericht op het ontwerpen van praktijkgerichte interventies. Studenten die hun propedeuse BBE hebben afgerond hebben voldoende competenties opgebouwd om deel te nemen aan deze minor.

Literatuur

Reiskosten t.b.v. excursie en bezoek urban living en demo labs.

Kosten voor aanschaf studiemateriaal (boeken) en software, nader te bepalen.

Rooster

Werkvorm(en): Challenge based learning: studenten ontwerpen oplossingen, of beter interventies, voor en in de leefomgeving van een woonwijk en worden daarbij ondersteund middels instructiecolleges, themacolleges, interactieve workshops, excursies, veldwerk, coaching, excursies.

Studenten werken in groepen van 6 mensen aan een groepsproduct, en aan een individueel beroepsproduct.

Onderwijscontacttijden: contacttijden verspreid over de hele week overdag; vaste dag(deel) in de week (nader te bepalen)

Toetsing

Integraal ontwerp interventie: summatieve, holistische toets eindproduct, weging 30 %, minimumcijfer 5 (Tussentijdse resultaten worden formatief getoetst middels een vooraf vastgestelde toetsmatrijs t.b.v. feedback en feed forward)

Integraal ontwerpproces: summatieve, holistische toets eindproduct, weging 30 %, minimumcijfer 5 (Tussentijdse resultaten worden formatief getoetst middels een vooraf vastgestelde toetsmatrijs t.b.v. feedback en feed forward)

Eindassessment integraal ontwerp interventie: presentatie en mondelinge verdediging, weging 10 %, minimumcijfer 5

Aanvullende informatie

Locatie(s) waar de minor gegeven wordt: Zuyd Hogeschool, Heerlen en Brightlands Chemelot Campus, Geleen

Meewerkende opleidingen of instanties: 

  • Techniek Domein opleidingen: BBE & Engineering
  • Lectoraten Techniek Domein
  • Community van bedrijven en instellingen rond onderzoeksprojecten Circulariteit & energietransitie van de Zuyd-lectoraten
  • Werkveld BBE (bedrijven, gemeenten, woningcorporaties)

De minor kan in samenhang met de minor Urban Transformation – Analysis (UT-A) worden gevolgd; de minor CIRC bouwt daarbij voort op de analyses die in de minor UT worden gemaakt.  De totale omvang is 2x 15 EC en wordt in semester 2 van het collegejaar aangeboden.